ECLI:NL:CRVB:2005:AU6510
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- G.M.T. Berkel-Kikkert
- P.A.M. Hulsdouw
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens te late indiening
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 6 januari 2004. De rechtbank had in die uitspraak geoordeeld over een geschil met het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven. Het beroepschrift van appellante is op 26 februari 2004 ter griffie ontvangen, maar volgens de poststempel was het op 25 februari 2004 ter post bezorgd. De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat het beroepschrift niet tijdig is ingediend, omdat de termijn voor het indienen van het beroep was verstreken.
De Raad heeft in zijn overwegingen artikel 6:24 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in samenhang met andere relevante artikelen van de Awb toegepast. Het uitgangspunt is dat het risico van een te late indiening volledig voor rekening komt van de partij die het hoger beroep instelt. Appellante heeft aangevoerd dat zij door omstandigheden, waaronder de vakantie van haar revalidatiearts, niet tijdig kon reageren. De Raad heeft echter geoordeeld dat deze omstandigheden geen reden vormen om aan te nemen dat appellante niet in verzuim is geweest.
Uiteindelijk heeft de Centrale Raad van Beroep het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. G.M.T. Berkel-Kikkert, in tegenwoordigheid van P.A.M. Hulsdouw als griffier, en is openbaar uitgesproken op 9 november 2005. Belanghebbenden hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van het afschrift schriftelijk verzet te doen tegen deze uitspraak.