ECLI:NL:CRVB:2005:AU7131
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- R.C. Stam
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Intrekking van WAO-uitkering en beoordeling van arbeidsbeperkingen
In deze zaak gaat het om de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, die in hoger beroep is gegaan tegen de beslissing van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De Raad heeft op 25 november 2005 uitspraak gedaan. Appellant was het niet eens met de beëindiging van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering per 9 april 2002, die was gebaseerd op het oordeel dat zijn arbeidsongeschiktheid was afgenomen tot minder dan 15%. De rechtbank Utrecht had eerder het beroep van appellant ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat de arbeidsbeperkingen van appellant correct waren vastgesteld en dat de functies die aan hem waren voorgehouden binnen zijn belastbaarheid vielen. Tijdens de zitting op 4 november 2005 was appellant niet aanwezig, maar gedaagde was vertegenwoordigd door mr. F.A. Put. De Centrale Raad van Beroep heeft de overwegingen van de rechtbank overgenomen en geen nieuwe feiten of omstandigheden van appellant gezien die het oordeel konden wijzigen. De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.