ECLI:NL:CRVB:2005:AU7437

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
17 november 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
04/3485 WUV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • C.G. Kasdorp
  • G.M.L.J. Stevens
  • H.R. Geerling-Brouwer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering van huur voor een 24-uurs alarmsysteem in verband met psychische klachten van een vervolgingsslachtoffer

In deze zaak gaat het om de weigering van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad om een aanvraag van eiseres voor de huur van een 24-uurs alarmsysteem goed te keuren. Eiseres, geboren op 3 maart 1918, is een vervolgde en uitkeringsgerechtigde in de zin van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945. Zij heeft psychische klachten die zij in verband brengt met haar vervolging, maar de verweerster heeft deze klachten niet aanvaard als causaal verband voor de gevraagde voorziening. Eiseres had eerder een aanvraag ingediend voor de huur van een alarmsysteem, maar verweerster heeft deze aanvraag afgewezen op basis van het advies van een geneeskundig adviseur, die stelde dat de noodzaak voor het alarmsysteem niet voortkwam uit de psychische klachten die verband houden met de vervolging, maar eerder uit een neiging tot vallen die niet met de vervolging samenhangt.

De Raad heeft de zaak behandeld op 6 oktober 2005, waarbij eiseres niet aanwezig was. De Raad heeft de medische gegevens en verklaringen van de behandelend arts van eiseres, dr. David S. Silver, in overweging genomen. Ondanks de angst en paniek die eiseres ervaart, vooral 's nachts, heeft de Raad geen overtuigende aanwijzingen gevonden dat de psychische klachten van eiseres haar verhinderen om op andere manieren hulp in te roepen in geval van nood. De Raad concludeert dat de afwijzing van de aanvraag door verweerster op goede gronden is gedaan, omdat de gevraagde voorziening niet in verband staat met de causaal psychische klachten van eiseres. De Centrale Raad van Beroep verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van de verweerster.

Uitspraak

04/3485 WUV
U I T S P R A A K
in het geding tussen:
[eiseres], wonende te [woonplaats] (USA), eiseres,
en
de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad, verweerster.
I. ONTSTAAN EN LOOP VAN HET GEDING
Bij besluit van 19 mei 2004, kenmerk JZ/I/70/2004/0346, heeft verweerster ten aanzien van eiseres uitvoering gegeven aan de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945, hierna: de Wet.
Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld. In het beroepschrift heeft eiseres aangegeven waarom zij zich niet met het bestreden besluit kan verenigen.
Verweerster heeft een verweerschrift ingediend.
Het beroep is behandeld ter zitting van de Raad op 6 oktober 2005. Aldaar is eiseres niet verschenen en heeft verweerster zich doen vertegenwoordigen door A.T.M. Vroom-van Berckel, werkzaam bij de Pensioen- en Uitkeringsraad.
II. MOTIVERING
Eiseres, geboren op 3 maart 1918, is vervolgde en uitkeringsgerechtigde in de zin van de Wet. Eiseres heeft psychische klachten die verweerster in verband ziet staan met de door eiseres ondergane vervolging. Een verband met de vervolging is door verweerster niet aanvaard ten aanzien van de bij eiseres aanwezige hartklachten, hoge bloeddruk, verhoogd cholesterol, visusklachten en status na hersenoperatie. Met ingang van 1 februari 2000 zijn aan eiseres een periodieke uitkering toegekend en diverse op grond van haar met de vervolging in verband staande psychische klachten geïndiceerde voorzieningen.
In juni 2002 heeft eiseres bij verweerster een aanvraag ingediend om in aanmerking te komen voor een voorziening voor de huur van een 24-uurs alarmsysteem. In navolging van het advies van de geneeskundig adviseur van de Pensioen- en Uitkeringsraad heeft verweerster het standpunt ingenomen dat deze voorziening niet in verband staat met haar causale psychische klachten, maar met haar niet met de vervolging samenhangende neiging tot vallen. Bij besluit van 2 juni 2003, zoals na gemaakt bezwaar gehandhaafd bij het thans bestreden besluit, heeft verweerster de aanvraag van eiseres om die reden afgewezen.
Eiseres kan zich met deze afwijzing niet verenigen. Zij heeft aangevoerd dat ook in verband met haar met de vervolging samenhangende psychische klachten een 24-uurs alarmsysteem voor haar noodzakelijk is, omdat zij ’s nachts en op de momenten dat haar huishoudster niet aanwezig is, vaak angstig is. Ten bewijze daarvan heeft eiseres verklaringen van 21 januari en 18 maart 2004 ingestuurd van haar behandelend arts, de internist en reumatoloog David S. Silver MD, verbonden aan het Cedars Sinai Medical Center te Beverly Hills.
De Raad overweegt als volgt.
In de gedingstukken van medische aard heeft de Raad geen aanknopingspunten kunnen vinden om het door verweerster ingenomen standpunt dat het door eiseres aangevraagde 24-uurs alarmsysteem voor haar niet noodzakelijk is in verband met haar met de vervolging in verband staande psychische klachten voor onjuist te houden. De Raad overweegt daarbij dat blijkens de beschikbare medische informatie eiseres lijdt aan evenwichtsstoornissen en duizeligheid waardoor zij frequent valt. De arts D.S. Silver heeft in eerdere door hem ten behoeve van de onderhavige aanvraag afgegeven attesten ook aangegeven dat eiseres met name in verband met laatst genoemde klachten is aangewezen op een 24-uurs alarmsysteem omdat zij dan ook in een noodsituatie na een val hulp kan inroepen. De Raad ziet uit de gedingstukken overtuigend naar voren komen dat eiseres angstig en paniekerig is, met name ’s nachts en als haar huishoudster afwezig is. De Raad kan evenwel niet uit de gedingstukken opmaken dat deze psychische klachten eiseres zouden verhinderen in een noodsituatie op een andere wijze hulp in te roepen dan door middel van een 24-uurs alarm.
Het voorgaande betekent dat verweerster de aanvraag van eiseres op goede gronden heeft afgewezen nu de door haar gevraagde voorziening niet in verband met haar causale psychische klachten is geïndiceerd.
De Raad acht geen termen aanwezig toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht en beslist als volgt.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door mr. C.G. Kasdorp als voorzitter en mr. G.M.L.J. Stevens en mr. H.R.Geerling-Brouwer als leden, in tegenwoordigheid van R.B.E. van Nimwegen als griffier en uitgesproken in het openbaar op 17 november 2005.
(get.) C.G. Kasdorp.
(get.) R.B.E. van Nimwegen.