ECLI:NL:CRVB:2006:AV4230
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.S.E. Wulffraat-van Dijk
- Ch. van Voorst
- R.C. Stam
- Rechtspraak.nl
Intrekking van WAO-uitkering en beoordeling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, die als productiemedewerker werkzaam was via een uitzendbureau. Appellant heeft zich op 12 december 1985 ziek gemeld met hoofdpijnklachten en ontving vanaf 12 december 1986 een uitkering op basis van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. Op 22 februari 1996 werd appellant onderzocht door verzekeringsarts E.M.E. van de Werf-Huysmans in verband met een verzoek tot remigratie naar Marokko. Deze arts stelde een belastbaarheidspatroon op en concludeerde dat appellant geschikt was voor zijn eigen werk. Op basis van dit advies werd de WAO-uitkering van appellant per 20 juli 1997 ingetrokken, wat bij besluit van 12 januari 1999 werd gehandhaafd.
Appellant heeft tegen deze beslissing beroep ingesteld bij de rechtbank, die het beroep ongegrond verklaarde. De Centrale Raad van Beroep heeft in een eerdere uitspraak van 10 december 2002 de beslissing van de rechtbank vernietigd, omdat er geen adequate arbeidskundige beoordeling had plaatsgevonden. Na een nieuw arbeidskundig onderzoek heeft gedaagde, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), het bezwaar van appellant opnieuw ongegrond verklaard bij besluit van 2 juni 2003.
In hoger beroep heeft appellant aangevoerd dat hij door zijn fysieke en psychische beperkingen niet in staat is tot enige arbeid. De Raad heeft de eerdere oordelen van de rechtbank en het Uwv onderschreven en vastgesteld dat appellant, ondanks zijn beperkingen, normaal belastbaar was en in staat om licht productiewerk te verrichten. De Raad concludeert dat het bestreden besluit in stand kan blijven en bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Er zijn geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht, wat betekent dat er geen proceskosten worden vergoed.