ECLI:NL:CRVB:2006:AW4311
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Janssen
- J.W. Schuttel
- G.J.H. Doornewaard
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van WAZ-besluit wegens onzorgvuldig verzekeringsgeneeskundig onderzoek
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een appellant tegen een uitspraak van de rechtbank Assen, waarbij de appellant een uitkering op basis van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) had gekregen. De appellant, die als bedrijfsleider werkzaam was, was uitgevallen door vermoeidheidsklachten en geheugenstoornissen. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het WAZ-besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) vernietigd moet worden omdat wezenlijke onderdelen van het verzekeringsgeneeskundig onderzoek niet zijn verricht door een (verzekerings)arts. De Raad stelt vast dat de medische beoordeling niet zorgvuldig is uitgevoerd, wat in strijd is met de bepalingen van het Schattingsbesluit en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad verwijst naar eerdere uitspraken waarin is vastgesteld dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek uitsluitend door een verzekeringsarts dient te worden uitgevoerd. De Raad concludeert dat het bestreden besluit van het Uwv niet in stand kan blijven en dat het Uwv opnieuw moet beslissen op het bezwaar van de appellant, met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak. Tevens wordt het Uwv veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de appellant, die in totaal € 1534,61 bedragen, inclusief griffierecht.