ECLI:NL:CRVB:2008:BD9193
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H. Bolt
- M. Lochs
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen herziening arbeidsongeschiktheidsuitkering WAO
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) waarbij haar arbeidsongeschiktheidsuitkering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) werd herzien. Het Uwv had op 12 oktober 2004 aan appellante meegedeeld dat haar uitkering, die aanvankelijk was vastgesteld op 80 tot 100% arbeidsongeschiktheid, per 13 december 2004 zou worden herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%. Appellante maakte bezwaar tegen dit besluit, maar het Uwv verklaarde dit bezwaar ongegrond op 27 mei 2005. De rechtbank Arnhem verklaarde het beroep tegen dit besluit ongegrond in haar uitspraak van 8 december 2005.
Tijdens de behandeling van het hoger beroep bleek dat het onderzoek niet volledig was geweest, waarna de Centrale Raad van Beroep besloot het onderzoek te heropenen. Een psychiater, A.R. Hertroijs, werd benoemd om een deskundigenonderzoek uit te voeren. Op basis van het verslag van deze psychiater heeft het Uwv op 1 april 2008 een nieuwe beslissing op bezwaar genomen, waarbij het Uwv zijn eerdere standpunt herzag en appellante weer als 80 tot 100% arbeidsongeschikt beschouwde, met terugwerkende kracht vanaf 13 december 2004.
Appellante heeft vervolgens aan de Raad laten weten dat zij geen belang meer had bij een inhoudelijke beoordeling van het geschil, gezien het gewijzigde standpunt van het Uwv. De Raad concludeerde dat er geen geschil meer bestond en verklaarde het hoger beroep niet-ontvankelijk. Tevens werd het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellante, die in totaal € 1.417,46 bedroegen, inclusief kosten voor rechtsbijstand en medische advisering. De uitspraak werd gedaan door H. Bolt, in tegenwoordigheid van griffier M. Lochs, op 30 juli 2008.