ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1117
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R. Kooper
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van het hoger beroep inzake griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 juni 2009 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 23 september 2008. De rechtbank had het hoger beroep van appellant niet-ontvankelijk verklaard, omdat het verschuldigde griffierecht van € 107,-- niet binnen de gestelde termijn van vier weken was betaald. Appellant heeft verzet aangetekend tegen deze uitspraak, maar de Raad heeft in zijn overwegingen geen aanknopingspunten gevonden die erop wijzen dat de betalingstermijn niet zou zijn overschreden of dat de overschrijding appellant redelijkerwijs niet kan worden tegengeworpen. De Raad heeft vastgesteld dat het griffierecht niet tijdig was voldaan, ondanks de aan appellant gegeven termijn en de aanmaning per aangetekend schrijven op 21 november 2008. Tijdens de zitting van 4 mei 2009 zijn partijen niet verschenen, wat de behandeling van het verzet niet heeft beïnvloed. De Raad heeft geconcludeerd dat er geen reden is om af te wijken van de eerdere uitspraak van 17 februari 2009, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. De Raad heeft het verzet ongegrond verklaard en er is geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is gedaan door R. Kooper, in tegenwoordigheid van griffier B.E. Giesen, en is openbaar uitgesproken op 15 juni 2009.