ECLI:NL:CRVB:2009:BJ4917
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- J.W. Schuttel
- C.W.J. Schoor
- A.T. de Kwaasteniet
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WAO
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 augustus 2009 uitspraak gedaan op het verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 13 november 2007, met zaaknummer 05/6787 WAO. Het verzoek om herziening werd ingediend door de verzoeker, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, advocaat te Vlaardingen. De Raad heeft het verzoek om herziening afgewezen, omdat er geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid is gepresenteerd die onder artikel 8:88, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) valt, in samenhang met artikel 21 van de Beroepswet. De Raad oordeelde dat de uitvoerige onderbouwing van de verzoeker niet als nieuw feit kon worden aangemerkt, en dat een hernieuwde discussie over de zaak niet aan de orde kon zijn in het kader van herziening.
Het onderzoek ter zitting vond plaats op 25 juni 2009, maar partijen zijn niet verschenen. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 1 november 2005, zaaknummer 05/1266, voor zover deze was aangevochten. De Raad oordeelde dat de kosten van rapporten van Verhage en Schreuder terecht niet door het Uwv zijn vergoed. Het verzoek om herziening richtte zich specifiek tegen de weigering om de kosten van een rapportage van Instituut Psychosofia voor vergoeding in aanmerking te brengen.
De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling en wees het verzoek om herziening af. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met J.W. Schuttel als voorzitter, en de leden C.W.J. Schoor en A.T. de Kwaasteniet, in tegenwoordigheid van griffier R.V. Benza. De beslissing werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de uitspraak.