ECLI:NL:CRVB:2009:BJ6787
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Herziening van WAO-uitkering en medische en arbeidskundige grondslagen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant, die sinds 1993 een uitkering ontvangt op basis van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) vanwege rugklachten. De uitkering was laatstelijk vastgesteld op een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. Echter, bij besluit van 29 september 2005 heeft het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) de WAO-uitkering per 1 december 2005 ingetrokken, omdat de mate van arbeidsongeschiktheid minder dan 15% zou zijn. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het Uwv verklaarde dit bezwaar ongegrond. De rechtbank ’s-Gravenhage heeft in een eerdere uitspraak geoordeeld dat de medische grondslag van het besluit deugdelijk was, maar dat de arbeidskundige grondslag niet kon worden onderschreven. Hierdoor werd het beroep van appellant gegrond verklaard en het besluit van het Uwv vernietigd.
In hoger beroep heeft appellant aangevoerd dat onvoldoende rekening is gehouden met zijn rug- en longklachten, en heeft hij bewijsstukken overgelegd ter ondersteuning van zijn standpunt. Het Uwv heeft vervolgens een gewijzigde beslissing op bezwaar genomen, waarin de WAO-uitkering per 1 december 2005 werd herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%.
De Centrale Raad van Beroep heeft in deze uitspraak geoordeeld dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek door het Uwv zorgvuldig is uitgevoerd. De Raad onderschrijft de bevindingen van de bezwaarverzekeringsarts, die op basis van eigen onderzoek en aanvullende informatie van de huisarts en behandelende sector heeft vastgesteld dat de belastbaarheid van appellant correct is vastgesteld. De Raad heeft geen aanleiding gezien om te twijfelen aan de juistheid van de medische grondslag van het besluit van het Uwv. Ook de arbeidskundige grondslag is door de Raad als juist beoordeeld. Uiteindelijk heeft de Raad het beroep van appellant tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard en de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd, voor zover deze was aangevochten.