ECLI:NL:CRVB:2013:1083

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
19 juli 2013
Publicatiedatum
19 juli 2013
Zaaknummer
12-228 WIA
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • J.W. Schuttel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning loongerelateerde WGA-uitkering en beoordeling van arbeidsongeschiktheid bij fibromyalgie

In deze zaak gaat het om de toekenning van een loongerelateerde WGA-uitkering aan appellante, die als pedagogisch medewerker werkzaam was en op 30 november 2007 uitviel door pijnklachten. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad, die haar beroep tegen een besluit van het Uwv ongegrond verklaarde. Appellante stelt dat zij volledig arbeidsongeschikt is door de diagnose fibromyalgie, maar de Raad oordeelt dat er geen voldoende medische onderbouwing is voor deze claim. De bezwaarverzekeringsarts heeft in eerdere rapporten geconcludeerd dat er geen aanleiding is om meer beperkingen aan te nemen dan al in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) zijn vastgelegd. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat de medische gegevens geen aanknopingspunten bieden voor de stelling dat appellante duurzaam geen benutbare arbeidsmogelijkheden heeft. De Raad bevestigt dat de door de bezwaarverzekeringsarts gestelde beperkingen adequaat zijn gemotiveerd en dat de functies die aan appellante zijn voorgehouden, binnen haar belastbaarheid liggen. De uitspraak van de rechtbank wordt dan ook bevestigd, en het hoger beroep van appellante wordt afgewezen.

Uitspraak

Centrale Raad van Beroep
12/228 WIA
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van
1 december 2011, 10/1366 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[A. te B.] (appellante)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
PROCESVERLOOP
Namens appellante heeft mr. E. Osinga, advocaat, hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 juni 2013. Appellante is verschenen, bijgestaan door mr. S.T.C. Rebergen, kantoorgenote van mr. Osinga. Voor het Uwv is verschenen M.J. van Steenwijk.

OVERWEGINGEN

1.1. Appellante is op 30 november 2007 voor haar werkzaamheden als pedagogisch medewerker uitgevallen met pijnklachten. De verzekeringsarts van het Uwv heeft appellante onderzocht en informatie ingewonnen bij de huisarts van appellante. Hoewel het onderzoek geen evidente afwijkingen laat zien, acht de verzekeringsarts op grond van de consistentie van het verhaal en de mate van het verminderde sociale functioneren enige beperkingen in de fysieke belastbaarheid van appellante van toepassing. Eventuele werkzaamheden dienen fysiek niet al te zwaar en relatief rugsparend te zijn, waarbij de fijne motoriek wordt ontzien. De verzekeringsarts heeft een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) opgesteld. De arbeidsdeskundige heeft een aantal functies geselecteerd die in overeenstemming worden geacht met de beperkingen van appellante, resulterend in een verlies aan verdiencapaciteit van 39,48%.
1.2. Bij besluit van 11 maart 2010 heeft het Uwv aan appellante meegedeeld dat zij met ingang van 27 november 2009 op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen recht heeft op een loongerelateerde WGA-uitkering.
1.3. In bezwaar heeft appellante informatie overgelegd van orthopedisch chirurg J.H. Simons van 16 juni 2010 en van revalidatiearts P.J.A. ten Hengel van 20 juli 2010.
1.4. De bezwaarverzekeringsarts heeft zich grotendeels kunnen vinden in de visie van de primaire verzekeringarts. Wel heeft de bezwaarverzekeringsarts de FML op 27 juli 2010 bijgesteld en een beperking toegevoegd voor repetitieve hand- en vingerbewegingen. De bezwaarverzekeringsarts heeft appellante gezien en haar ziektebeeld en klachten van meerdere gewrichten verminderd belastbaar geacht voor fysiek zwaar werk. De schatting van de mate van arbeidsongeschiktheid is vervolgens door de bezwaararbeidsdeskundige gebaseerd op de eerder aan appellante voorgehouden functies en het verlies aan verdiencapaciteit is ongewijzigd gebleven.
1.5. Bij besluit van 2 augustus 2010 (bestreden besluit) is het bezwaar van appellante ongegrond verklaard.
2.1. In beroep heeft appellante medische gegevens overgelegd van medisch adviseur Noordsij van 14 oktober 2010, internist A. Teunen van 7 januari 2011 en reumatoloog P. Baudoin van 7 juli 2011.
2.2. De bezwaarverzekeringsarts heeft op 8 september 2010 gerapporteerd dat vanuit medisch oogpunt een urenbeperking niet noodzakelijk is. Het dagverhaal geeft hiertoe ook geen aanleiding. In een aanvullende rapport van 3 februari 2011 heeft de bezwaarverzekeringsarts geconcludeerd dat de ingebrachte informatie van de behandelend sector geen aanleiding geeft om appellante sterker te beperken. In een aanvullende rapportage van 28 juli 2011 heeft de bezwaarverzekeringsarts opgemerkt dat de door reumatoloog Baudoin gestelde diagnose fibromyalgie geen aanleiding geeft meer beperkingen aan te nemen.
2.3. Bij de aangevallen uitspaak heeft de rechtbank het beroep van appellante tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. De rechtbank kan zich verenigen met de medische en arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit.
3.
In hoger beroep heeft appellante zich ter zitting primair op het standpunt gesteld dat sprake is van een situatie van ‘geen duurzame benutbare mogelijkheden’. Subsidiair is appellante van mening dat de gevolgen van de diagnose fibromyalgie en de lichamelijke klachten onvoldoende zijn meegenomen in kader van de beoordeling van haar beperkingen.
4.
De Raad overweegt als volgt.
4.1.
Het oordeel waartoe de rechtbank in de aangevallen uitspraak is gekomen, wordt onderschreven. In de voorhanden gegevens zijn geen aanknopingspunten gelegen om ervan uit te gaan dat bij appellante sprake is van een situatie waarin duurzaam benutbare arbeidsmogelijkheden ontbreken. Dat de diagnose fibromyalgie voor appellante volledige arbeidsongeschiktheid of onvermogen meebrengt is niet gebleken. Appellante heeft dit standpunt niet nader onderbouwd. Ook voor het overige bestaat, in navolging van de rechtbank, geen aanleiding tot twijfel aan het standpunt van de (bezwaar)verzekeringsarts ten aanzien van de beperkingen van appellante zoals neergelegd in de FML van 27 juli 2010. In het bijzonder wordt onderschreven het oordeel van de rechtbank dat de bezwaarverzekeringsarts in de rapporten van 3 februari 2011 en 28 juli 2011 toereikend heeft gemotiveerd dat in de in geding gebrachte medische gegevens geen grond is gelegen om op de datum in geding meer beperkingen aan te nemen. De bezwaarverzekeringsarts heeft geconcludeerd dat de door reumatoloog Baudoin gestelde diagnose fibromyalgie op zich niet dwingt tot het stellen van meer beperkingen. De bevindingen en adviezen van de reumatoloog geven evenmin aanleiding om meer beperkingen aan te nemen. De bezwaarverzekeringsarts heeft opgemerkt dat bij het vaststellen van de beperkingen is uitgegaan van het klachtenpatroon van appellante. Appellante heeft ook in hoger beroep geen gegevens ingebracht waaruit op medische gronden, naar objectieve maatstaven gemeten, aannemelijk is geworden dat haar klachten tot meer beperkingen dienen te leiden.
4.2.
Uitgaande van de juistheid van de beperkingen zoals neergelegd in de FML van 27 juli 2010 en gezien de toelichtingen op de signaleringen zoals vermeld in de rapporten van de arbeidsdeskundigen van 2 maart 2010 en 30 juli 2010 wordt eveneens onderschreven het oordeel van de rechtbank dat de in de geduide functies voorkomende belasting de belastbaarheid van appellante niet overschrijdt en dat appellante in staat moet worden geacht deze functies te vervullen.
4.3.
Uit de overwegingen 4.1 en 4.2 volgt dat het hoger beroep niet slaagt.
5.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door J.W. Schuttel, in tegenwoordigheid van J.R. Baas als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 19 juli 2013.
(getekend) J.W. Schuttel
(getekend) J.R. Baas

HD