ECLI:NL:CRVB:2013:1278
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.W. Schuttel
- Rechtspraak.nl
Weigering van WAO-uitkering wegens onvoldoende toegenomen beperkingen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Groningen. De appellant, die eerder een WAO-uitkering ontving, had zijn uitkering zien intrekken omdat zijn arbeidsongeschiktheid was afgenomen. In 2009 meldde hij echter toegenomen psychische beperkingen en verzocht hij om herbeoordeling van zijn uitkering. Het Uwv wees deze aanvraag af, omdat er geen toename van beperkingen was vastgesteld.
De rechtbank Groningen verklaarde het beroep van de appellant ongegrond, wat leidde tot hoger beroep bij de Centrale Raad. De Raad heeft psychiater G.T. Gerssen ingeschakeld om de situatie van de appellant te onderzoeken. Gerssen concludeerde dat de appellant, ondanks zijn psychische problemen, in staat was tot het verrichten van loonvormende werkzaamheden. De Raad oordeelde dat het onderzoek van Gerssen zorgvuldig was uitgevoerd en dat er geen aanwijzingen waren dat de beperkingen van de appellant onjuist waren ingeschat.
De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de eigen opvatting van de appellant over zijn arbeidsongeschiktheid niet kon worden gevolgd. De Raad concludeerde dat er geen aanknopingspunten waren om aan te nemen dat de belasting van de functies die bij de schatting in aanmerking waren genomen, de belastbaarheid van de appellant te boven ging. De uitspraak werd gedaan zonder proceskostenveroordeling.