Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- veroordeelt het Uwv tot vergoeding van wettelijke rente als hiervoor aangegeven;
- veroordeelt het Uwv in de kosten van appellante tot een bedrag van € 1461,76.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellante, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De rechtbank had op 30 augustus 2012 in de zaak met nummer 12/883 een beslissing genomen die appellante niet beviel. Het Uwv had op 12 april 2013 een nieuwe beslissing op bezwaar genomen, maar appellante trok haar hoger beroep in op 13 mei 2013, met het verzoek om het Uwv te veroordelen in de proceskosten en de wettelijke rente. Het Uwv heeft geen verweerschrift ingediend en met toestemming van partijen is het onderzoek ter zitting achterwege gelaten.
De Centrale Raad van Beroep heeft in haar uitspraak van 16 oktober 2013 geoordeeld dat het Uwv geheel aan de bezwaren van appellante tegemoet is gekomen met de nieuwe beslissing. De Raad heeft vastgesteld dat op grond van artikel 8:73a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het bestuursorgaan kan worden veroordeeld tot vergoeding van schade, in dit geval de wettelijke rente over de na te betalen uitkering. De Raad heeft het verzoek van appellante om vergoeding van de wettelijke rente toegewezen en daarbij verwezen naar een eerdere uitspraak van 25 januari 2012 voor de wijze van berekening.
Daarnaast heeft de Raad het Uwv veroordeeld in de proceskosten die appellante in hoger beroep heeft gemaakt, welke zijn begroot op € 1461,76. De kosten bestaan uit € 1416,- voor verleende rechtsbijstand en € 45,76 voor medische informatie van behandelaars. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.