ECLI:NL:CRVB:2013:965
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Weigering van een WAJONG-uitkering en de beoordeling van medische geschiktheid
In deze zaak gaat het om de weigering van een WAJONG-uitkering aan appellante, geboren in 1992, door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). De aanvraag voor de uitkering werd op 12 april 2010 ingediend, waarna het Uwv op 28 juni 2010 besloot dat appellante geen recht had op arbeids- en inkomensondersteuning met ingang van 27 augustus 2010. Dit besluit werd in de bezwaarprocedure door de bezwaararbeidsdeskundige herzien, maar uiteindelijk bleef het Uwv bij de conclusie dat appellante geen recht had op de uitkering. Appellante ging in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Almelo van 1 augustus 2012, waarin het beroep ongegrond werd verklaard.
De Centrale Raad van Beroep heeft in zijn uitspraak van 12 juli 2013 geoordeeld dat de rechtbank terecht heeft vastgesteld dat de functies perronmedewerker en kassamedewerker geschikt zijn voor appellante. De Raad heeft geen aanleiding gezien om anders te oordelen over de medische geschiktheid van de functies die aan de schatting ten grondslag liggen. De Raad verwijst naar de overwegingen van de rechtbank in de tussenuitspraak en de aangevallen uitspraak, waarin de geschiktheid van de functies voldoende gemotiveerd is toegelicht.
De Raad concludeert dat het hoger beroep van appellante niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak, voor zover deze is aangevochten. De Raad heeft geen aanleiding gezien om een partij in de proceskosten te veroordelen. De uitspraak is gedaan door C.W.J. Schoor, in tegenwoordigheid van D. Heeremans als griffier, en is openbaar uitgesproken op 12 juli 2013.