Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om het recht op een loongerelateerde WGA-uitkering voor appellante, die sinds 6 juli 2010 arbeidsongeschikt is door hartklachten, hypertensie, longsarcoïdose en vermoeidheidsklachten. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) heeft vastgesteld dat appellante met ingang van 3 juli 2012 recht heeft op een WGA-uitkering, waarbij de mate van arbeidsongeschiktheid op 61% is vastgesteld. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het Uwv heeft dit ongegrond verklaard. De rechtbank Midden-Nederland heeft het beroep van appellante tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard, waarbij zij concludeerde dat het medisch onderzoek zorgvuldig en volledig was uitgevoerd.
In hoger beroep heeft appellante aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat het Uwv voldoende rekening heeft gehouden met haar klachten en beperkingen. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Uwv de stelling van appellante dat zij volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was, terecht heeft verworpen. De Raad onderschrijft de overwegingen van de rechtbank en stelt vast dat er geen bewijs is dat de medische beperkingen van appellante op de datum in geding zijn onderschat. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft alle relevante medische informatie in zijn beoordeling betrokken en heeft adequaat gereageerd op de door appellante ingebrachte medische adviezen.
De Raad concludeert dat de geselecteerde functies medisch geschikt zijn voor appellante en dat het hoger beroep niet slaagt. De aangevallen uitspraak wordt bevestigd en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.