Uitspraak
16 oktober 2012, 12/1704 (aangevallen uitspraak)
mr. P.A. Vermeijden.
OVERWEGINGEN
30 augustus 2012 in beroep en van 11 december 2012 en 27 augustus 2014 in hoger beroep, is dit voldoende inzichtelijk gemotiveerd.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de weigering van een WIA-uitkering aan appellant, die sinds 1999 bekend is bij het Uwv vanwege angst- en paniekklachten. Appellant heeft in het verleden een WAO-uitkering ontvangen, maar na een melding van toegenomen arbeidsongeschiktheid in 2006, heeft het Uwv vastgesteld dat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Dit besluit is in bezwaar en beroep bevestigd, maar de rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en de rechtsgevolgen in stand gelaten. Appellant is van mening dat zijn beperkingen zijn onderschat en dat de geduide functies niet geschikt zijn voor hem.
Tijdens het hoger beroep heeft de Raad voor de Rechtspraak de medische rapporten van de verzekeringsartsen beoordeeld. Deze rapporten gaven aan dat er geen ernstige psychopathologie of andere beperkingen waren vastgesteld die een andere beoordeling rechtvaardigden. De Raad concludeert dat de door appellant ingebrachte informatie van de behandelend sector geen aanknopingspunten biedt voor de stelling dat het Uwv onvoldoende rekening heeft gehouden met zijn beperkingen. De Raad bevestigt dat de functies productiemedewerker voedingsmiddelen en snackbereider medisch haalbaar zijn, ook rekening houdend met de flauwtes van appellant.
De Raad komt tot de conclusie dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak voor zover deze is aangevochten. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.