ECLI:NL:CRVB:2015:1442
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van WIA-uitkering wegens onvoldoende arbeidsongeschiktheid na medisch onderzoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 mei 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. Appellante, die zich ziek had gemeld wegens psychische klachten en rugklachten, had geen recht op een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Het Uwv had in 2012 vastgesteld dat appellante met ingang van 27 september 2012 geen recht op een WIA-uitkering had, wat door de rechtbank werd bevestigd. Appellante voerde in hoger beroep aan dat het medisch onderzoek onvoldoende zorgvuldig was en dat haar beperkingen waren onderschat. De rechtbank oordeelde echter dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd en dat de verzekeringsartsen adequaat hadden gehandeld. De Centrale Raad van Beroep bevestigde dit oordeel en oordeelde dat appellante in staat was om de voor haar geselecteerde functies te vervullen, waarbij haar belastbaarheid in acht was genomen. Het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen.