ECLI:NL:CRVB:2015:2845
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- Rechtspraak.nl
Verlaging van bijstand wegens niet-nakoming van afspraken en arbeidsverplichtingen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 augustus 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland. De appellant, die sinds 1995 bijstand ontvangt op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), had in het kader van zijn arbeidsverplichtingen een startcontract getekend met WorkFast. Echter, hij is zonder geldige reden niet verschenen op meerdere afspraken bij WorkFast, wat heeft geleid tot een verlaging van zijn bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Amersfoort. De Raad heeft vastgesteld dat de appellant in onvoldoende mate gebruik heeft gemaakt van de aangeboden voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling, zoals het tijdig verschijnen op afspraken. De Raad oordeelde dat het college de bijstand op grond van de verordening tweemaal met € 300,- mocht verlagen, en dat de appellant niet kon aantonen dat hij een geldige reden had voor zijn afwezigheid. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter, die het beroep van de appellant ongegrond had verklaard. De Raad concludeerde dat de gedragingen van de appellant de oplegging van de maatregelen rechtvaardigen, en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.