ECLI:NL:CRVB:2015:3517
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Weigering van Wajong-uitkering na zeer laattijdige aanvraag en gebrek aan medische onderbouwing
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Oost-Brabant. De appellant, geboren in 1967, had op 5 juni 2012 een aanvraag ingediend voor een Wajong-uitkering op basis van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) heeft deze aanvraag afgewezen, omdat het niet mogelijk was om voldoende informatie te vergaren over de gezondheidstoestand van de appellant rond zijn 17e en 18e levensjaar. De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
De Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de appellant met zijn zeer laattijdige aanvraag, ruim 25 jaar na de gestelde arbeidsongeschiktheid, het risico heeft genomen dat medische gegevens uit die tijd niet meer achterhaald kunnen worden. Hierdoor was het niet mogelijk om de beperkingen en de mate van arbeidsongeschiktheid met juistheid vast te stellen. De Raad heeft geconcludeerd dat er geen concrete medische behandelinformatie beschikbaar is die betrekking heeft op de periode rond de 17e verjaardag van de appellant, waardoor niet kan worden vastgesteld of hij voldoet aan de voorwaarden om als jonggehandicapte te worden aangemerkt.
De Raad heeft het verzoek van de appellant om onderzoek door een medisch deskundige te gelasten niet noodzakelijk geacht voor zijn oordeelsvorming. Uiteindelijk heeft de Raad het hoger beroep van de appellant afgewezen en de aangevallen uitspraak bevestigd, zonder aanleiding te zien voor een proceskostenveroordeling.