ECLI:NL:CRVB:2015:4176
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Herhaalde weigering toekenning Wajong-uitkering zonder nieuw gebleken feiten of omstandigheden
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de herhaalde aanvraag van appellante voor een Wajong-uitkering. Appellante had eerder, op 4 augustus 2009, een uitkering aangevraagd, maar deze was afgewezen omdat zij niet aan de voorwaarden voldeed. Na meerdere aanvragen en afwijzingen, waaronder een aanvraag op 14 november 2012, heeft appellante opnieuw een uitkering aangevraagd. Het Uwv heeft deze aanvraag afgewezen, stellende dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een herziening van het eerdere besluit rechtvaardigden.
De rechtbank heeft het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, wat leidde tot het hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep. Appellante voerde aan dat zij door haar beperkte intelligentie en psychische problemen niet in staat was om bezwaar te maken tegen eerdere besluiten. De Raad oordeelde echter dat appellante voldoende toegang had tot rechtsmiddelen en dat de eerdere besluiten niet onterecht waren. De Raad bevestigde dat de aanvraag van appellante niet gericht was op de toekomst en dat het Uwv geen nader onderzoek hoefde te doen naar de aanvraag.
De Centrale Raad van Beroep concludeerde dat er geen sprake was van nieuw gebleken feiten of omstandigheden die aanleiding gaven om het eerdere besluit te herzien. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.