ECLI:NL:CRVB:2016:1309
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de buiten behandelingstelling van een bijstandsaanvraag wegens het niet aanleveren van gevraagde gegevens
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 april 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Overijssel. De appellant had op 4 maart 2013 bij het college van burgemeester en wethouders van Hengelo een aanvraag voor bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand ingediend. Tijdens een intakegesprek op 4 april 2013 werd appellant gevraagd om bepaalde gegevens mee te nemen, waaronder bankafschriften. Appellant heeft echter niet alle gevraagde gegevens aangeleverd, wat leidde tot een hersteltermijn tot 15 april 2013. Omdat appellant de gevraagde gegevens niet tijdig aanleverde, heeft het college de aanvraag op 2 mei 2013 buiten behandeling gesteld, wat later werd bevestigd in een bestreden besluit op 1 oktober 2013.
De rechtbank verklaarde het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond. In hoger beroep heeft appellant betoogd dat hij niet in staat was om de gevraagde gegevens te overleggen, maar de Raad oordeelde dat appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij niet over de benodigde informatie kon beschikken. De Raad benadrukte dat het college bevoegd was om de aanvraag buiten behandeling te stellen, omdat de gevraagde bankafschriften essentieel waren voor de beoordeling van de aanvraag. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.