ECLI:NL:CRVB:2016:186
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.F. Bandringa
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake bijzondere bijstand voor kosten woninginrichting
Op 19 januari 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft de aanvraag van betrokkene, een inwoner van Alkmaar, voor bijzondere bijstand voor de kosten van woninginrichting. In een tussenuitspraak van 26 mei 2015 had de Raad het college van burgemeester en wethouders van Alkmaar opgedragen om zich te beraden over de mogelijkheid om aan betrokkene bijzondere bijstand te verlenen. De Raad oordeelde dat het college diende te beoordelen of betrokkene had kunnen reserveren voor de kosten of dat hij een lening had kunnen verkrijgen. Na de tussenuitspraak heeft het college op 2 juli 2015 een nieuwe beslissing genomen, waarbij bijzondere bijstand om niet werd toegekend voor de volledige stoffering en inrichting van de woning van betrokkene en zijn gezin, bestaande uit twee volwassenen en vier kinderen.
Betrokkene heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om zijn zienswijze over deze nadere beslissing naar voren te brengen. De Raad heeft vervolgens de zaak verwezen naar de enkelvoudige kamer en, in overeenstemming met de Algemene wet bestuursrecht, afgezien van een nader onderzoek ter zitting. De Raad heeft geoordeeld dat het college met de nadere beslissing aan de bezwaren van betrokkene geheel is tegemoetgekomen. De aangevallen uitspraak van de rechtbank is vernietigd voor zover deze het college opdroeg een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen, maar is voor het overige bevestigd. De Raad heeft bepaald dat er griffierecht van € 493,- door het college moet worden betaald.