ECLI:NL:CRVB:2016:3305

• Datum uitspraak: 7 september 2016
• Publicatiedatum: 8 september 2016
• Zaaknummer: 14/5787 WAO-R
• Instantie: Centrale Raad van Beroep
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
• Procedures: Hoger beroep
• Rechters: H. van Leeuwen
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Rectificatie van proceskostenveroordeling in hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 14/5787 WAO-R. De uitspraak betreft een rectificatie van een eerdere uitspraak van de Raad van 25 maart 2016, waarin een kennelijke fout is vastgesteld met betrekking tot de hoogte van de proceskostenveroordeling. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had in de eerdere uitspraak ten onrechte een bedrag van € 992,- aan proceskosten vergoed moeten krijgen, terwijl dit bedrag in werkelijkheid € 496,- diende te zijn. De Raad heeft partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op de voorgestelde rectificatie, maar zij hebben van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt.

De Raad heeft vervolgens besloten om de onjuistheid te herstellen en heeft de uitspraak van 25 maart 2016 rectificeren. De Raad bevestigt de aangevallen uitspraak, veroordeelt het Uwv in de kosten tot een bedrag van € 496,- en bepaalt dat het Uwv het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 167,- vergoedt. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl, terwijl de oorspronkelijke uitspraak daaruit zal worden verwijderd. De uitspraak tot rectificatie is gedaan door H. van Leeuwen, in tegenwoordigheid van P. Boer als griffier, en is openbaar uitgesproken op 7 september 2016.

Uitspraak

14/5787 WAO-R

Datum uitspraak: 7 september 2016

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 25 maart 2016, 14/5787 WAO

Partijen:

[Appellant] te [woonplaats], Marokko (appellant)

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)

PROCESVERLOOP

Het Uwv heeft er schriftelijk op gewezen dat de uitspraak van de Raad van 25 maart 2016 een kennelijke fout bevat. Daarbij is verzocht de uitspraak te verbeteren. Het betreft de hoogte van de proceskostenveroordeling. Gemachtigde van appellant heeft bij brief van 14 april 2016 hierop gereageerd.

De Raad heeft aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak.

Partijen hebben van die gelegenheid geen gebruik gemaakt.

OVERWEGINGEN

1. De Raad heeft vastgesteld dat het Uwv in de uitspraak van 25 maart 2016 ten onrechte is veroordeeld in de proceskosten van appellant in hoger beroep tot een bedrag van € 992,- in plaats van tot een bedrag van € 496,-.

2. De Raad zal de onder 1 vermelde onjuistheid herstellen door de uitspraak van

25 maart 2016 als volgt te rectificeren.

Pagina 4, overweging 5 wordt:

Er bestaat aanleiding om het Uwv te veroordelen in de proceskosten van appellant in hoger beroep ter hoogte van € 496,-.

Pagina 5, BESLISSING wordt:

De Centrale Raad van Beroep

- bevestigt de aangevallen uitspraak;

- veroordeelt het Uwv in de kosten tot een bedrag van € 496,-;

- - bepaalt dat het Uwv het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal

€ 167,- vergoedt.

3. Aan deze uitspraak tot rectificatie is een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl en de oorspronkelijke uitspraak zal daaruit worden verwijderd. Het ECLI-nummer van de gerectificeerde uitspraak zal gelijk zijn aan dat van de oorspronkelijke uitspraak.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert zijn uitspraak van 25 maart 2016, 14/5787 WAO met de wijzigingen als onder de rubriek OVERWEGINGEN zijn weergegeven.

Deze uitspraak is gedaan door H. van Leeuwen, in tegenwoordigheid van P. Boer als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 7 september 2016.

(getekend) H. van Leeuwen

(getekend) P. Boer

TM