ECLI:NL:CRVB:2017:3470
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen uitnodiging voor gesprek over arbeidsmogelijkheden
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland, die op 16 september 2016 het beroep tegen het bestreden besluit van het dagelijks bestuur van Werksaam Westfriesland ongegrond heeft verklaard. Het bestreden besluit betreft een brief van 3 april 2015, waarin appellant werd uitgenodigd voor een gesprek om kennis te maken en om zijn arbeidsmogelijkheden te onderzoeken. Het dagelijks bestuur verklaarde het bezwaar van appellant tegen deze brief niet-ontvankelijk, omdat de brief geen besluit in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zou zijn.
De Centrale Raad van Beroep heeft in hoger beroep geoordeeld dat de brief van 3 april 2015 inderdaad geen rechtsgevolgen heeft en derhalve geen besluit is. De Raad bevestigt dat de uitnodiging voor het gesprek geen voor bezwaar vatbaar besluit is en dat er geen handeling is verricht die kan worden gelijkgesteld met een besluit inzake de verlening of terugvordering van bijstand. Hierdoor is het hoger beroep van appellant niet geslaagd en wordt de aangevallen uitspraak bevestigd. Het verzoek van appellant om veroordeling tot vergoeding van schade wordt afgewezen, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
De uitspraak is gedaan door J.L. Boxum, in tegenwoordigheid van J. Tuit als griffier, en is openbaar uitgesproken op 10 oktober 2017.