ECLI:NL:CRVB:2019:1886

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
28 mei 2019
Publicatiedatum
12 juni 2019
Zaaknummer
17-7528 PW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • J.T.H. Zimmerman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering bijzondere bijstand voor aanschaf wasdroger zonder medische noodzaak

In deze zaak gaat het om de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Maasgouw om bijzondere bijstand te verlenen voor de aanschaf van een wasdroger. Appellant had een aanvraag ingediend, maar deze werd door het college buiten behandeling gesteld. De rechtbank Limburg verklaarde het beroep van appellant gegrond en droeg het college op om een nieuw besluit te nemen. Na een tweede afwijzing door het college, waarbij een rapport van Argonaut Advies B.V. werd ingeroepen, oordeelde de rechtbank dat er geen medische noodzaak was voor de aanschaf van een wasdroger. Appellant ging in hoger beroep tegen deze uitspraak, maar de Centrale Raad van Beroep bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat het college terecht had geoordeeld dat er geen medische noodzaak was voor de wasdroger, ondanks de argumenten van appellant over zijn medische situatie. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.

Uitspraak

17 7528 PW

Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Datum uitspraak: 28 mei 2019
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van
25 oktober 2017, 17/1031 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Maasgouw (college)

PROCESVERLOOP

Namens appellant heeft mr. W.H.A. Bos, advocaat, hoger beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
Onder toepassing van artikel 8:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een onderzoek ter zitting achterwege gebleven, waarna de Raad het onderzoek met toepassing van artikel 8:57, derde lid, van de Awb heeft gesloten.

OVERWEGINGEN

1. De Raad gaat uit van de volgende in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden.
1.1.
Bij besluit van 25 september 2014, na bezwaar gehandhaafd bij besluit van 21 april 2015, heeft het college de aanvraag van appellant om bijzondere bijstand voor onder meer de aanschaf van een wasdroger buiten behandeling gesteld. De rechtbank heeft het tegen het laatstgenoemde besluit ingestelde beroep gegrond verklaard en het college opgedragen een nieuw besluit op het bezwaar van appellant te nemen.
1.2.
Bij besluit van 28 september 2015, na bezwaar gehandhaafd bij besluit van
23 maart 2016, heeft het college de aanvraag van appellant afgewezen. De rechtbank heeft het tegen het besluit van 23 maart 2016 ingestelde beroep gegrond verklaard en het college andermaal opgedragen een nieuw besluit op het bezwaar van appellant te nemen.
1.3.
Het college heeft daarop Argonaut Advies B.V. (Argonaut) verzocht om de medische noodzaak voor een wasdroger te beoordelen. In een rapport van 28 december 2016 heeft een arts van Argonaut op basis van dossieronderzoek, een huisbezoek bij appellant en telefonisch overleg met de huisarts van appellant geconcludeerd dat er geen medische noodzaak voor een wasdroger is. Bij besluit van 24 januari 2017 (bestreden besluit) heeft het college, onder verwijzing naar dit rapport van Argonaut, het bezwaar ongegrond verklaard.
2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.
3. In hoger beroep heeft appellant zich tegen de aangevallen uitspraak gekeerd. Hij voert aan dat de rechtbank ten onrechte heeft geconcludeerd dat de was op een andere wijze dan met een wasdroger kan worden gedroogd.
4. De Raad komt tot de volgende beoordeling.
4.1.
Het college heeft terecht, onder verwijzing naar het genoemde rapport van de arts van Argonaut, geoordeeld dat er geen medische noodzaak is voor een wasdroger. De stelling dat zijn medische problematiek zich verzet tegen het gebruik van een wasrek om de was te drogen, heeft appellant onderbouwd met medische informatie van ver vóór het bestreden besluit, en doet daarom niet af aan het gemotiveerde, recente en op dit onderwerp toegespitste medische advies van Argonaut. Dat appellant enige hinder van de plaatsing van een wasrek in zijn relatief kleine woning ondervindt, doet geen afbreuk aan de conclusie dat er geen medische noodzaak is.
4.2.
Uit 4.1 volgt dat het hoger beroep niet slaagt, zodat de aangevallen uitspraak moet worden bevestigd.
5. Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door J.T.H. Zimmerman, in tegenwoordigheid van A.M. Pasmans als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 28 mei 2019.
(getekend) J.T.H. Zimmerman
(getekend) A.M. Pasmans
lh