ECLI:NL:CRVB:2019:3094
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp inzake dwangsom en ontvankelijkheid van bezwaarschriften
Op 17 september 2019 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de uitspraken van de rechtbank Den Haag van 28 december 2017. De zaak betreft de vraag of het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp een dwangsom verschuldigd is en de ontvankelijkheid van de onderliggende bezwaarschriften. De appellante, die in deze procedure optrad als eiseres, heeft gesteld dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de onherroepelijkheid van de besluiten op de onderliggende bezwaarschriften geen rol speelt in deze zaak. De Centrale Raad van Beroep heeft deze beroepsgrond verworpen en bevestigd dat de onherroepelijkheid van besluiten geen voorwaarde is voor de tijdige beslissing door het college. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is gebaseerd op de overwegingen dat de bezwaarschriften kennelijk niet-ontvankelijk of kennelijk ongegrond zijn verklaard. De griffier van de zitting was V.Y. van Almelo, en de uitspraak is gedaan door A. Stehouwer, lid van de enkelvoudige kamer.