ECLI:NL:CRVB:2020:1771

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
6 augustus 2020
Publicatiedatum
6 augustus 2020
Zaaknummer
20/164 ANW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens te late indiening van het beroepschrift

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 augustus 2020 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 9 september 2019. De Centrale Raad heeft vastgesteld dat het beroepschrift van appellante niet tijdig is ingediend. Het beroepschrift was op 16 januari 2020 ontvangen, maar was op basis van de poststempel pas op 25 december 2019 ter post bezorgd. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken, en deze termijn begint te lopen vanaf de dag na de bekendmaking van de uitspraak aan partijen. Aangezien het beroepschrift na afloop van deze termijn was ontvangen, heeft de Centrale Raad geoordeeld dat appellante in verzuim is geweest en dat er geen redenen zijn aangevoerd die rechtvaardigen dat het beroepschrift toch ontvankelijk zou zijn. De Centrale Raad heeft het hoger beroep dan ook kennelijk niet-ontvankelijk verklaard, zonder verder onderzoek te doen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

Datum uitspraak: 6 augustus 2020
20/164 ANW
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak als bedoeld in de artikelen 8:54 en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 9 september 2019, 19/177 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] , Marokko (appellante)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank

PROCESVERLOOP

Appellante heeft hoger beroep ingesteld.

OVERWEGINGEN

Ingevolge artikel 6:24 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in samenhang met de artikelen 6:7, 6:8, 6:9 en 6:11 van die wet geldt het volgende.
De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken. Deze termijn gaat in met ingang van de dag na die waarop de aangevallen uitspraak door middel van de toezending van een afschrift aan partijen is bekendgemaakt.
Een beroepschrift is tijdig ingediend indien het voor het einde van de termijn is ontvangen. Bij verzending per post is een beroepschrift tijdig ingediend indien het voor het einde van de termijn ter post is bezorgd, mits het niet later dan een week na afloop van de termijn is ontvangen.
De uitspraak waartegen hoger beroep is ingesteld is op 9 september 2019 in afschrift aan partijen toegezonden.
Het beroepschrift is op 16 januari 2020 ontvangen. Het is, gezien de poststempel op de enveloppe, op 25 december 2019 ter post bezorgd.
Op grond hiervan moet worden geoordeeld dat het beroepschrift niet tijdig is ingediend.
Ten aanzien van een na afloop van de beroepstermijn ingediend beroepschrift blijft niet-ontvankelijkverklaring op grond daarvan achterwege indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest.
Appellante heeft als reden voor de termijnoverschrijding in haar beroepschrift aangegeven dat de omstandigheden haar niet toelaten om binnen de voorgeschreven periode te reageren of actie te ondernemen.
Wat appellante heeft aangevoerd, bevat geen grond waarop redelijkerwijs kan worden geoordeeld dat appellante niet in verzuim is geweest.
Het hoger beroep is kennelijk niet-ontvankelijk, zodat zonder verder onderzoek kan worden beslist.
Voor een proceskostenveroordeling is geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door M.A.H. van Dalen-van Bekkum, in tegenwoordigheid van T. Hemelrijk‑van den Oudenalder als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 6 augustus 2020.
(getekend) M.A.H. van Dalen-van Bekkum
(getekend) T. Hemelrijk-van den Oudenalder
Tegen deze uitspraak kunnen een belanghebbende en het bestuursorgaan binnen zes weken na de verzending van het afschrift van deze uitspraak schriftelijk verzet doen bij de Centrale Raad van Beroep, Postbus 16002, 3500 DA UTRECHT. De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld te worden gehoord.

DÉCISION

La Centrale Raad van Beroep (Cour d’Appel Centrale),
statue:
Déclare l erecours interjeté non-recevable.
Par conséquent, décidée par M.A.H. van Dalen-van Bekkum en présence de T. Hemelrijk‑van den Oudenalder en qualité de greffier, ainsi que prononcée en public, le 6 août 2020.
Les intéressés et les organes d’administration auront le droit à présenter une opposition écrite contrela présente décision, dans les six semaines suivantes à la notification de la copie, à la Centrale Raad van Beroep (Cour d’Appel Centrale), Postbus 16002, 3500 DA Utrecht.
L’intéressé présentant l’opposition pourra demander d’avoir l’opportunité d’être entendu sur son opposition.