Uitspraak
17.6858 ZW
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de intrekking van de Ziektewet (ZW)-uitkering van appellant na een eerstejaars ZW-beoordeling. Appellant, die zich op 10 april 2014 ziek meldde met pijnklachten van het bewegingsapparaat, ontving aanvankelijk ziekengeld van het Uwv. Na een verzekeringsgeneeskundig en arbeidskundig onderzoek concludeerde het Uwv dat appellant geschikt was voor andere functies en beëindigde het de ZW-uitkering per 1 augustus 2016. Appellant was het niet eens met deze beslissing en ging in hoger beroep. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het medisch onderzoek door de verzekeringsarts bezwaar en beroep zorgvuldig was uitgevoerd en dat er geen reden was om de bevindingen van dit onderzoek te betwisten. De rechtbank had eerder het beroep van appellant ongegrond verklaard, en de Raad bevestigde deze uitspraak. De Raad concludeerde dat het Uwv op goede gronden het recht op ziekengeld van appellant had beëindigd en wees het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak werd gedaan op 19 februari 2020.