In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 december 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Limburg. De appellant, die sinds 12 juli 2013 bijstand ontving, had een verzoek ingediend om kwijtschelding van zijn schulden. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kerkrade had dit verzoek afgewezen, omdat het gemeentelijk beleid geen ruimte biedt voor gedeeltelijke kwijtschelding. De Raad oordeelde dat het college het verzoek niet conform de eigen beleidsregels had getoetst en dat er geen individuele beoordeling had plaatsgevonden van de omstandigheden van de appellant. De Raad heeft het bestreden besluit vernietigd en het college opgedragen om een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen, waarbij rekening gehouden moet worden met de ontstaansgeschiedenis van de schuld en de relevante beleidsregels. Tevens is het college veroordeeld in de proceskosten van de appellant, die in totaal € 2.992,- bedragen. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige en gemotiveerde besluitvorming door het college in dergelijke zaken.