ECLI:NL:CRVB:2022:1402
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- F. M. Rijnbeek
- Rechtspraak.nl
Intrekking hoger beroep na tegemoetkoming door Uwv
In deze zaak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. L. Goudkade, hoger beroep ingesteld tegen een beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Het hoger beroep werd ingesteld naar aanleiding van een uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 30 december 2019. Tijdens de zitting op 12 januari 2022 was appellant aanwezig, terwijl het Uwv werd vertegenwoordigd door mr. drs. F.A. Steeman. Na de zitting heeft het Uwv op 7 februari 2022 een gewijzigde beslissing op bezwaar genomen, waarmee het gedeeltelijk tegemoetkwam aan de bezwaren van appellant.
Op 31 maart 2022 heeft mr. W.J.A. Vis, als opvolgend gemachtigde van appellant, het hoger beroep ingetrokken en verzocht om een proceskostenvergoeding. Het Uwv heeft op 15 april 2022 aangegeven zich te kunnen vinden in een proceskostenvergoeding volgens het Besluit proceskosten bestuursrecht. De Raad voor de Rechtspraak heeft vervolgens besloten om het onderzoek ter zitting achterwege te laten en het onderzoek te sluiten.
De Centrale Raad van Beroep heeft in haar overwegingen vastgesteld dat, op basis van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht, het bestuursorgaan kan worden veroordeeld in de kosten wanneer het beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan tegemoet is gekomen aan de indiener. De Raad heeft geoordeeld dat het Uwv in de kosten van appellant moet worden veroordeeld, en heeft de proceskosten vastgesteld op € 2.297,40, inclusief reiskosten. De uitspraak is gedaan op 23 juni 2022 door F. M. Rijnbeek, in tegenwoordigheid van griffier H. Alajai.