ECLI:NL:CRVB:2024:35
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake niet-ontvankelijkheid bezwaar en weigering vrijstelling griffierecht in het kader van de Participatiewet
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, die op 27 juli 2022 de bezwaren van appellant tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen niet-ontvankelijk heeft verklaard. De Raad voor de Rechtspraak, Centrale Raad van Beroep, heeft op 9 januari 2024 uitspraak gedaan. De zaak betreft de vraag of er sprake is van een met een besluit gelijk te stellen situatie zoals bedoeld in artikel 79 van de Participatiewet (PW). De Raad oordeelt dat dit niet het geval is en bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Appellant ontvangt sinds 16 mei 2017 bijstand op grond van de PW. In verband met zijn financiële situatie heeft hij op 19 november 2020 een overeenkomst tot financieel beheer getekend met de gemeente Heerenveen. Appellant heeft bezwaar gemaakt tegen het uitblijven van de betaling van de bijstand over de maanden april en mei 2021, maar het college heeft deze bezwaren niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft deze beslissing bevestigd. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte zijn verzoek om vrijstelling van het griffierecht heeft afgewezen. De Raad oordeelt dat de rechtbank dit terecht heeft gedaan, omdat appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij in aanmerking komt voor vrijstelling van het griffierecht. De Raad bevestigt dat het college met de betaling aan budgetbeheer uitvoering heeft gegeven aan het besluit tot verlening van bijstand, en dat er geen mogelijkheid was voor appellant om bezwaar te maken. De uitspraak van de rechtbank blijft dan ook in stand.