Uitspraak
SAMENVATTING
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) had ingediend, heeft onderzoek plaatsgevonden door een verzekeringsarts en een arbeidsdeskundige van het Uwv. De verzekeringsarts heeft vastgesteld dat appellante bij het verrichten van werkzaamheden beperkingen heeft en heeft die beperkingen neergelegd in een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 6 februari 2020. Een arbeidsdeskundige heeft vastgesteld dat appellante niet meer geschikt is voor haar laatste werk. De arbeidsdeskundige heeft vervolgens voor appellante functies geselecteerd en de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 23,18%. Het Uwv heeft bij besluit van 11 februari 2020 geweigerd appellante met ingang van 5 maart 2020 een WIA-uitkering toe te kennen, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Appellante heeft hiertegen bezwaar gemaakt.
35% arbeidsongeschikt wordt geacht. Appellante heeft beroep ingesteld tegen bestreden besluit 1.
Het oordeel van de Raad
Conclusie en gevolgen
1 punt voor het verschijnen ter zitting) aan kosten voor rechtsbijstand. Ook dient het Uwv het door appellante in hoger beroep betaalde griffierecht te vergoeden.