ECLI:NL:GHAMS:2001:AB0585
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Schaap
- A. Onnes
- J. Holdert
- Rechtspraak.nl
Vernietiging navorderingsaanslag inkomstenbelasting 1989 wegens gebrek aan bewijs voor uitstelverlening
In deze zaak heeft een gemachtigde zonder beconnummer acht maanden uitstel gevraagd voor de indiening van de aangifte inkomstenbelasting voor het jaar 1989. De inspecteur van de Belastingdienst heeft echter niet kunnen aantonen dat dit uitstel op een kenbare wijze is verleend. De navorderingsaanslag met dagtekening 31 augustus 1995 is daarom door het Gerechtshof Amsterdam vernietigd. Het Hof oordeelt dat de inspecteur onvoldoende bewijs heeft geleverd dat er daadwerkelijk uitstel is verleend, en dat de belanghebbende niet op de hoogte was van een dergelijk uitstel. Dit gebrek aan bewijs leidt tot de conclusie dat de navorderingsaanslag niet tijdig is opgelegd, waardoor deze niet rechtsgeldig is.
Daarnaast heeft het Hof geoordeeld dat een verzoek om volledige schadevergoeding op grond van artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken (WARB) niet door de belastingrechter kan worden behandeld. Het Hof heeft enkel een vergoeding van de proceskosten toegekend, die is vastgesteld op f 8.520. De uitspraak is gedaan in het openbaar op 16 maart 2001, en de belanghebbende heeft het recht om binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. De zaak betreft een complexe belastingkwestie waarbij de inspecteur stellingen heeft ingenomen die pleitbaar waren, maar niet voldoende onderbouwd om de navorderingsaanslag te handhaven.