Tweede Meervoudige Belastingkamer
op het beroep van X-Y te Z, belanghebbende,
een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Particulieren/Ondernemingen P, de inspecteur.
Van belanghebbende is ter griffie een beroepschrift ontvangen op 25 maart 2002, aangevuld bij brief van 27 mei 2002, ingediend door A (A teB). Het beroep is gericht tegen de uitspraak van de inspecteur, gedagtekend 27 februari 2002 betreffende de aan belanghebbende opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting/premieheffing volksverzekeringen voor het jaar 1999.
Bij de bestreden aanslag is het belastbaar inkomen voor het jaar 1999 vastgesteld op ¦ 19.924. Na bezwaar tegen de aanslag is deze bij de bestreden uitspraak gehandhaafd.
Het beroep strekt tot vernietiging van de uitspraak van de inspecteur en tot vermindering van de aanslag tot een naar een belastbaar inkomen van ¦ 7.206.
De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend en concludeert tot bevestiging van de uitspraak. Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingezonden.
De zaak is behandeld ter zitting van 4 november 2002, tegelijk met de zaak van belanghebbendes echtgenoot die bij het Hof is geregistreerd onder kenmerk 02/02260. Voor een overzicht van de personen die ter zitting zijn verschenen en van het verhandelde ter zitting verwijst het Hof naar het proces-verbaal van de zitting waarvan een kopie aan deze uitspraak is gehecht. De door de inspecteur overgelegde pleitnota (getiteld: conclusie van dupliek) en de bijlagen daarbij behoren tot de gedingstukken.
2. Tussen partijen vaststaande feiten
2.1. Belanghebbende is sinds 1996 in de rechtsvorm van een vennootschap onder firma (verder: de vof) samen met haar echtgenoot werkzaam als distributeur bij Wellness International Network Ltd. (verder ook: WIN). Belanghebbende is voor 25% gerechtigd tot de winst van de vof, haar echtgenoot voor 75%. In 1996 heeft de vof zich voor $ 1.254 ingekocht als distributeur bij WIN. WIN brengt voedingssupplementen op de markt door middel van een organisatie van distributeurs.
2.2. WIN is sedert ongeveer de jaren 1994/ 1995 actief in Nederland via Nederlandse distributeurs. Tot de stukken behoort een Engelstalig stuk gedateerd 15 januari 2002, copyright Wellness International Network, Ltd, waarin het WIN-systeem is uiteengezet.
2.3. In een Engelstalig stuk gedateerd 17 mei 1996, copyright Wellness International Network, Ltd, en getiteld Five Step Program (bijlage 1 bij de pleitnota van de inspecteur), is het volgende vermeld:
"Step l. USE THE PRODUCTS.
Talk to people, listen to their results, get on the conference calls, use WIN Access™, go to meetings and read the WIN Today magazine. Take advantage of every opportunity to speak or hear from others who are using our products! Start using the products and experience results for yourself.
Step 2. SHARE THE BENEFITS OF THE PRODUCTS.
Always share the benefits of the products with everyone you come in contact with. Share what products you're using, how you're using them and the results you're having. Tell them success stories of other people who are using the products. You'll find that people get excited about the success that you and others are having with the WIN products.
Step 3. SHARE THE PRODUCTS.
How many times have you heard people say:
D stressed out D overweight
D have no energy D sick of diets
D not motivated D water tastes terrible
D wake up tired D need to save money
D feel lethargic D need to earn money
When you talk to people, match the products to the person.
o overweight person "I've lost___pounds. These products are great!" "Use these samples the next few days. I know vou 'll be just as excited as I am!"
o tired, lethargic person "I used to drag around all the time. Now I feel great." "Here, drink this, you'll see what I'm talking about. I just love these products!"
o bottled water drinker "My family used to never drink water, but now it tastes so good, the kids even ask for it." "I 'II hook one up and leave it for you to use for a few days. You 'II love the difference it will make in your coffee and tea."
Step 4. SHARE THE OPPORTUNITY TO PURCHASE PRODUCTS AT RETAIL OR WHOLESALE.
After you have shared products, and they are absolutely sold on the products, what's the next question they ask? "How much does it cost?" "Well. Tom and Mary, it depends. Do you want to purchase at retail or wholesale? The reason why I am saying this is because there's an opportunity here for you to purchase these products at an immediate discount if you are interested." Well, what do you think they are going to say. "No. John. I like to pay full price for everything." You know that they are not going to say that. They will say, "Sure, tell me all about it"" Just what you're waiting to hear, right?
Step 5. SHARE THE OPPORTUNITY.
Just relax and have fun. These need not be formal presentations (although they may be). Each may be as informal as telling someone about the opportunity at lunch one day or even around your kitchen table: or an invitation to join in on a three-way call. Or it may be as formal as taking someone to dinner or a business seminar. Just tell them about the WIN opportunity!
Product Tracking Sheets
WIN Product Tracking Sheets have been specifically designed for you to follow up with your target market. These sheets provide a record keeping system. A system for you to keep up with follow-up information such as when:
1) sample product was given out.
2) additional marketing information was given,
3) prospect came to an opportunity meeting, etc."
2.4. Het verkoopsysteem van WIN gaat uit van het geven van "samples" (gratis monters) aan potentiële afnemers met de bedoeling dat zij daardoor enthousiast worden voor de producten en hetzij producten voor eigen gebruik gaan bestellen, hetzij zelf distributeur van de producten willen worden. De samples bestaan uit een doosje met daarin monsters van vier verschillende WIN-producten. De samples worden door de distributeurs gekocht bij WIN in de Verenigde Staten. De prijs van een sample bedraagt $ 39.
2.5. Gebruikers van WIN producten kunnen zich aanmelden als "associate" via een WIN-distributeur in Nederland. Om associate te worden, dienen afnemers buiten de Verenigde Staten een bedrag van $ 59 te betalen. Vervolgens krijgen zij 10% korting op de winkelprijzen van de WIN producten. De korting kan oplopen tot 15% zodra een maandomzet van $ 1.000 is bereikt.
2.6. Indien de afnemer tevens distributeur van WIN-producten wil worden, dient hij te voldoen aan een van de eenmalige afname-eisen zoals vermeld in het onder 2.2. vermelde WIN beloningsplan. Bij een eenmalige eerste afname met een winkelwaarde van $ 3.000 wordt hij manager, bij een eenmalige eerste afname met een winkelwaarde van $ 9.000 wordt hij executive, bij een eenmalige eerste afname met een winkelwaarde van $ 15.000 wordt hij director en bij een eenmalige eerste afname met een winkelwaarde van $ 30.000 wordt hij regent. Vervolgens krijgt de distributeur een korting op de volgende aankopen bij WIN van tenminste 25% welke korting kan oplopen tot maximaal 43,2% voor een distributeur met de rang van regent. Indien de distributeur een of meer associates werft, ontvangt hij tevens een vergoeding voor de afnamen van die associates, gelijk aan het verschil tussen de voor hem geldende korting en de door de associate zelf genoten korting van - in het algemeen - 10%.
2.7. Indien een distributeur een andere nieuwe distributeur werft, ontvangt hij eenmalig een provisie. Deze provisie wordt het directe inkomen genoemd. Die provisie wordt berekend over de eerste afname van die nieuwe distributeur. De provisie is in alle gevallen 15% van de winkelwaarde van die eerste afname. Is de aanbrenger een director of regent met een hoger kortingspercentage dan 25%, dan wordt een extra provisie gegeven ter grootte van dat meerdere, berekend over gemiddeld 65% van de eerste afname. Vervolgens ontvangt de aanbrengende distributeur maandelijks een royalty van 4% over de inkoopwaarde (zijnde gemiddeld 65% van de winkelwaarde; de royalty is derhalve 2,6% van de winkelwaarde) van de afnamen van de door hem aangeworven distributeurs, mits de aanbrengende distributeur, tezamen met de door hem aangeworven associates, in de betreffende maand zelf producten heeft afgenomen met een winkelwaarde van tenminste $ 3.000. In de stukken wordt deze minimaal vereiste afname per maand aangeduid als de "Persoonlijke Groep Winkelverkopen" of "Monthly Performance Requirement". Zodra een associate de rang van distributor (bijvoorbeeld manager) heeft behaald, tellen de door hem gerealiseerde afnames niet meer mee als Persoonlijke Groep Winkelverkopen van de distributeur die hem heeft aangeworven.
2.8. Het recht op royalty's bestaat niet alleen voor de afnamen van de direct door een distributeur aangeworven nieuwe distributeurs, maar ook voor de afnamen van door die nieuwe distributeur aangeworven (sub)distributeurs. Een regent heeft recht op royalty's over afnamen door maximaal zes opeenvolgende lagen van (sub)distributeurs. Voor een regent kan de royalty worden verhoogd met 2% regentenbonus (effectief 2% x 65% inkoopwaarde = 1,3% van de winkelwaarde).
2.9. Indien een distributeur in een maand niet voldoet aan de eis van $ 3.000 Persoonlijke Groep Winkelverkopen, heeft hij die maand geen recht op royalty's over de afnamen van door hem aangeworven (sub)distributeurs. De royalty's worden dan toegekend aan de eerste distributeur hoger in de organisatie die in die maand wel aan de eis van $ 3.000 Persoonlijke Groep Winkelverkopen heeft voldaan.
2.10 Afhankelijk van de afnamen van de door een distributeur aangeworven (sub)distributeurs, kan de distributeur in aanmerking komen voor extra bonussen. Kosten van invoer, inclusief douanerechten en omzetbelasting, komen voor rekening van de distributeur.
2.11. De inspecteur heeft overzichten overgelegd van een landelijke inventarisatie van de resultaten behaald door WIN distributeurs in Nederland. De inventarisatie is opgesteld aan de hand van informatie van de douane over in Nederland geïmporteerde WIN-producten met een douanewaarde van $ 3.000 of hoger. Bij de eenheden waaronder de betreffende importeurs ressorteerden, is vervolgens informatie gevraagd over de aangegeven winsten en/of verliezen. De respons van de belastingeenheden was ongeveer 80%. Uit de aldus verkregen gegevens volgt dat van de 341 onderzochte importeurs van WIN-producten er 214 in hun aangiften inkomstenbelasting/premieheffing volksverzekeringen geen melding maken van enige winst of verlies. Van de 127 importeurs die de resultaten uit de WIN-activiteiten wel in hun aangifte vermeldden, behaalden er 3 per saldo een positief resultaat.
2.12. De resultaten van de vof tot en met het jaar 1999 zijn:
1996 1997 1998 1999
Verkopen 0 0 10.341 30.277
Commissie 0 4.072 22.509 6.658
------- ------- --------- ---------
Omzet 0 4.072 32.850 36.935
Inkoop/samples 2.093 7.826 25.559 36.630
--------- --------- --------- ---------
Bruto baten -2.093 -3.754 7.291 305
Kosten 7.386 25.792 33.712 46.063
--------- --------- --------- ---------
Resultaat -.9479 -29.546 -26.421 -45.758
Het bedrag van -¦ 45.758 voor 1999 is de resultante van het negatieve resultaat ad ¦ 46.508 verhoogd met beperkt aftrekbare kosten ad ¦ 750.
2.13. De inspecteur heeft het aangegeven inkomen van belanghebbende voor 1999 gecorrigeerd met het verlies dat was geleden op de WIN-activiteiten van per saldo ¦ 12.718 (aandeel belanghebbende in het negatieve resultaat ad ¦ 11.627 min ¦ 250 niet aftrekbare kosten plus ¦ 1.341 investeringsaftrek).
In geschil is of het verlies dat belanghebbende heeft geleden op haar activiteiten voor WIN aftrekbaar is als verlies uit onderneming, dan wel als negatieve inkomsten uit andere arbeid.
4. Standpunten van partijen
Voor de standpunten van partijen verwijst het Hof naar de stukken van het geding alsmede naar het proces-verbaal van de zitting.
5. Beoordeling van het geschil
5.1. Het Hof dient te beoordelen of de activiteiten van de vof en daarmede belanghebbendes activiteiten voor WIN op zichzelf een onderneming vormen dan wel te beschouwen zijn als niet in dienstbetrekking verrichte werkzaamheden en diensten in de zin van artikel 22, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de inkomstenbelasting 1964. Voor beide kwalificaties geldt als eis dat sprake moet zijn van een bron van inkomen. Van een bron van inkomen is sprake indien belanghebbende met zijn activiteiten beoogde een voordeel te verwerven en hij het behalen van een voordeel redelijkerwijs kon verwachten.
5.2. De inspecteur heeft verwezen naar de onder 2.11. aangehaalde inventarisatie. Vaststaat dat in dit kader onderzoek is gedaan naar 435 personen die WIN-producten hebben ingevoerd ter waarde van $ 3.000 of meer en dat daarvan 214 personen geen resultaat in hun aangifte hebben vermeld. Nu niet duidelijk is of die 214 personen met hun activiteiten een voordeel hebben behaald, kan naar oordeel van het Hof uit het feit dat volgens dat onderzoek slechts in drie van de vermelde gevallen geen verlies is gemaakt, niet zonder meer worden afgeleid dat met activiteiten voor WIN in het algemeen geen voordeel kan worden behaald. Wel vormen de uitkomsten van dat onderzoek een aanwijzing dat van het behalen van voordeel zeker niet in alle gevallen sprake is.
5.3. Uit de onder 2.2. en 2.3. vermelde stukken leidt het Hof af, dat vanuit WIN bij het werven van distributeurs een grote nadruk wordt gelegd op de bijzondere winstmogelijkheden die het marketingconcept van WIN met zich meebrengt. Weliswaar wordt in de hiervoor genoemde stukken ook enige aandacht besteed, met name in het onder 2.3. aangehaalde Five Steps Program, aan de feitelijke verkoop van WIN-producten, maar ook in dat stuk is de verkoop klaarblijkelijk slechts een aanloop tot het werven van (sub)distributeurs. De vijfde en laatste stap behelst immers het informeren van gebruikers van WIN-producten over de WIN-opportunity waarmee, naar het Hof aannemelijk acht, wordt gedoeld op het participeren in het systeem van (sub)distributeurs.
5.4. Het WIN-concept sluit niet uit dat de distributeur zich in betekenende mate kan richten op (directe) verkoop van WIN-producten aan afnemers. Indien een klant WIN-producten koopt bij een WIN-distributeur, kan de distributeur een winst genereren ter grootte van het verschil tussen de winkelwaarde van het product na aftrek van transportkosten, invoerrechten en BTW enerzijds en de door hem betaalde inkoopprijs na aftrek van de aan hem verstrekte afnamekorting anderzijds, welke korting afhankelijk is van zijn rang als distributeur in de WIN-organisatie. In dat geval is er naar het oordeel van het Hof in elk geval een uiterlijk met het drijven van een onderneming overeenkomende activiteit. Het zal dan onder meer afhangen van de hoogte van de kosten van het verkoopkanaal van de distributeur of en in hoeverre met deze verkoopactiviteit redelijkerwijs een voordeel valt te verwachten.
5.5. Zoals het Hof onder 5.3. heeft overwogen, is het WIN-systeem als zodanig echter niet zozeer gericht op directe verkoop door aangeworven distributeurs van WIN-producten, maar veeleer op het werven van subdistributeurs en de mogelijkheid voor distributeurs daardoor royaltyinkomsten te verwerven. In dat systeem is de mogelijkheid om royaltyinkomsten te verwerven, na de eerste royalty die wordt genoten bij het aanwerven van de subdistributeur door de distributeur, afhankelijk van de activiteiten van die subdistributeur. Als de subdistributeur geen omzet in WIN-producten realiseert en/of geen associates of sub-subdistributeurs weet te werven, heeft dit direct gevolgen voor de door de distributeur te ontvangen royaltyinkomsten. Het Hof acht niet aannemelijk dat de distributeur op de activiteiten en inspanningen van de door hem aangeworven subdistributeurs wezenlijke invloed kan uitoefenen. Hij heeft immers geen dwangmiddelen om de subdistributeur tot activiteiten aan te zetten en, zo al sprake is van enige poging tot beïnvloeding, kan de subdistributeur zich daar zonder consequenties aan onttrekken.
5.6.1. Het al dan niet ontvangen van royaltyinkomsten is niet alleen afhankelijk van de activiteiten van de subdistributeurs. Een distributeur dient immers, tezamen met de door hem aangeworven associates, per maand een minimumomzet van $ 3.000 te realiseren om in die maand gerechtigd te zijn tot royalty's in verband met afnamen van WIN producten door zijn subdistributeurs. Nu, zoals het Hof onder 5.3. heeft overwogen, de activiteiten van een distributeur conform het WIN concept in het algemeen niet of niet in betekenende mate zijn gericht op directe verkoop van WIN-producten, is de distributeur voor het halen van de drempel van $ 3.000 geheel, althans in hoge mate, afhankelijk van de afnamen door de door hem aangeworven associates.
5.6.2. De afnamen van door belanghebbende aangeworven associates zijn voor belanghebbende niet alleen van belang voor het halen van de onder 5.6.1. bedoelde omzetdrempel van $ 3.000 per maand. De distributeur heeft immers ook recht op een royalty ter grootte van het verschil tussen de korting waarop hij zelf recht heeft bij afname van WIN-artikelen en de korting waarop de associate recht heeft (in het algemeen 10%).
5.6.3. Een associate verkrijgt de status van associate door betaling van $ 59 aan de WIN-organisatie. Het Hof acht aannemelijk dat een associate in het algemeen tenminste voor een zodanig bedrag aan WIN-producten zal afnemen, dat hij door het genieten van de korting van 10% het inkoopbedrag van $ 59 dollar zal terugverdienen. Van elke associate kan derhalve worden aangenomen dat hij tenminste producten zal afnemen ter waarde van $ 590. De distributeur kan dan in elk geval een royalty per associate verwachten van tenminste 15% x $ 590 = $ 88,50. Voor een distributeur met de rang van regent kan dat oplopen tot 43,2% of $ 255. Zoals uit het Five Step Program blijkt, gaat het WIN-systeem ervan uit dat potentiële associates worden geworven door hen gratis monsters van WIN-producten aan te bieden, welke monsters door de distributeur gekocht zijn voor $ 39 per stuk. Na aftrek van de kosten van het gratis verstrekte monster resteren dan voor een distributeur per geworven associate redelijkerwijs te verwachten inkomsten van tenminste $ 49,50 tot maximaal $ 216. Daarbij is nog geen rekening gehouden met door de distributeur te maken overige kosten zoals reiskosten, kosten voor het meenemen van de potentiële associate naar een trainingscentrum en dergelijke. In aanmerking nemend dat dergelijke kosten zeker niet te verwaarlozen zijn - de kosten van de vof voor Wellness hebben in 1998 ongeveer ¦ 33.000 en in 1999 ongeveer ¦ 46.000 belopen en niet is gesteld of gebleken dat deze kosten uitzonderlijk hoog zijn geweest - kan naar het oordeel van het Hof niet worden gezegd dat het voordeel dat een distributeur kan behalen door het werven van een of meer associates zodanig is, dat daardoor uit de deelname in het WIN-systeem als geheel redelijkerwijs voordeel is te verwachten.
5.6.4. Het Hof acht niet aannemelijk dat de distributeur enige invloed kan uitoefenen op het koopgedrag van de associates. Hij heeft immers geen dwangmiddelen om de associate tot afname aan te zetten en, zo al sprake is van enige poging tot beïnvloeding, kan de associate zich daar zonder consequenties aan onttrekken. De distributeur is immers op geen enkele wijze betrokken bij de beslissing van associates tot aanschaf van de producten over te gaan. Dat geldt zowel voor de voorbereidende fase als voor het moment van aanschaf.
5.7. Op basis van het onder 5.3. tot en met 5.6.4. overwogene, komt het Hof tot het oordeel dat de mogelijkheid om als deelnemer in het WIN-systeem royaltyinkomsten te verwerven in het algemeen zozeer afhankelijk is van onvoorspelbare factoren die bovendien door de distributeur zelf niet te beïnvloeden zijn, dat een eventueel gunstig resultaat van die deelname speculatief is.
5.8. In het beroepschrift van belanghebbende is omtrent de onderneming van belanghebbende vermeld: "Belanghebbende is een Multi level Marketing bedrijf gestart. Hiervoor kocht hij/zij produkten. Tevens sloot hij/zij zich aan bij een bestaand trainingscentrum. Bovenstaande aanschaf van de produkten is van essentieel belang om het 5-stappenplan uit te voeren." En omtrent de werkwijze van belanghebbende (onder meer): "Gezien het concept is het van groot belang de basis te verbreden. Niet alleen vanwege de directe verkoop maar zeer zeker om er zeker van te zijn dat de distributeur voldoende mensen in zijn organisatie krijgt om continuïteit te garanderen." Uit deze stukken en uit hetgeen belanghebbende ter zitting heeft gesteld, leidt het Hof af dat de vof zich, overeenkomstig het onder 5.5. overwogene, niet of niet in betekenende mate heeft gericht op de verkoop van WIN-producten, maar dat de vof zich in het bijzonder heeft gericht op het werven van nieuwe distributeurs en het daardoor verwerven van royaltyinkomsten zoals dat past in het WIN-concept.
5.9. Voor belanghebbende geldt derhalve hetgeen het Hof in 5.7. heeft overwogen. Er zijn geen bijzondere omstandigheden gesteld of gebleken waaruit volgt dat belanghebbende, in afwijking van de algemene situatie, invloed heeft kunnen uitoefenen op de activiteiten van door de vof geworven associates of subdistributeurs en aldus hun afnamen van WIN-producten en daarmee haar inkomsten uit het systeem heeft kunnen beïnvloeden.
5.10. Uit de stukken blijkt dat de vof in het onderhavige jaar voor ¦ 30.277 aan WIN producten heeft afgezet en dat die omzet aanmerkelijk hoger was dan de omzet in enig voorgaand jaar. Voor zover daaruit, in tegenstelling tot hetgeen het Hof onder 5.8. heeft overwogen, zou kunnen worden afgeleid dat de vof zich in het onderhavige jaar in betekende mate op directe verkoop van WIN producten is gaan richten, overweegt het Hof als volgt.
Zoals het Hof onder 5.4. heeft overwogen, is sprake van een uiterlijk met het drijven van een onderneming overeenkomende activiteit en zal het onder meer afhangen van de hoogte van de kosten van het verkoopkanaal van de distributeur of en in hoeverre met deze verkoopactiviteit redelijkerwijs een voordeel valt te verwachten. Uit de stukken blijkt te dien aanzien dat weliswaar de omzet uit directe verkoop in 1998 en 1999 stijgt, maar daarbij tekent zich een patroon af van jaarlijks nog harder stijgende inkoop- en overige kosten. Tevens staat vast dat de vof vanaf de start in 1996 tot en met het jaar 2000 verlies heeft geleden, en heeft de inspecteur ter zitting onweersproken gesteld dat dat ook in 2001 het geval was. Belanghebbendes echtgenoot heeft ter zitting gesteld dat hij goede perspectieven ziet voor de activiteiten van de vof, maar die stelling heeft hij op geen enkele wijze gestaafd met realistische ramingen van omzetten of kosten waaruit het Hof zou kunnen afleiden dat het hiervoor geschetste negatieve patroon in de toekomst zou kunnen worden doorbroken. Een en ander, in onderling verband bezien, brengt het Hof tot het oordeel dat het niet aannemelijk is dat belanghebbende met haar activiteiten redelijkerwijs winst kon verwachten.
5.11. Uit al het voorgaande volgt dat belanghebbendes activiteiten voor WIN geen bron van inkomen vormden. Het gelijk is derhalve aan de inspecteur.
Nu belanghebbende in het ongelijk wordt gesteld en zich overigens geen bijzondere omstandigheden hebben voorgedaan, acht het Hof geen termen aanwezig voor een veroordeling van een partij in de proceskosten als bedoeld in artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.
Het Hof verklaart het beroep ongegrond.
De uitspraak is vastgesteld op 24 februari 2003 door mrs. Bijl, Vrouwenvelder en Beukers-van Dooren, in tegenwoordigheid van mr. Goedhart als griffier. De beslissing is op dezelfde dag ter openbare zitting uitgesproken.
Het Hof heeft geen bezwaar tegen afgifte door de griffier van een afschrift van de uitspraak in geanonimiseerde vorm.
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum van deze uitspraak beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
- Het instellen van beroep in cassatie geschiedt door het indienen van een beroepschrift bij dit gerechtshof (zie voor het adres de begeleidende brief).
- Bij het beroepschrift wordt een afschrift van de bestreden uitspraak overgelegd.
- Het beroepschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep is een griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt U een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad.
In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.