ECLI:NL:GHAMS:2004:AO5069
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A. Verspyck Mijnssen
- J. Aben
- H. Hartsuiker
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak rondom inkoop van aandelen en toekenning van personeelsopties
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 5 maart 2004 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de meervoudige economische kamer van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam. De verdachte was aangeklaagd voor het geven van opdracht tot de inkoop van aandelen in een vennootschap en voor de toekenning en aanvaarding van personeelsopties. Het hof heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte tezamen met anderen opdracht heeft gegeven tot de inkoop van aandelen. De verdachte was wel aanwezig op een vergadering waar deze kwestie werd besproken, maar er waren geen concrete aanwijzingen dat hij actief betrokken was bij de besluitvorming. De verdachte had vernomen dat een medeverdachte de opdracht had gekregen van een invloedrijke persoon binnen de vennootschap, en het hof oordeelde dat de verdachte niet in redelijkheid maatregelen had kunnen nemen om de inkoop van aandelen ongedaan te maken. Het hof concludeerde dat de verdachte niet opzettelijk had gehandeld en sprak hem vrij van de tenlastegelegde feiten. De uitspraak benadrukt het belang van bewijs in strafzaken en de rol van de verdachte in de besluitvorming binnen een vennootschap.