4.1. Het gaat in deze zaak om het volgende.
a. Bij overeenkomst van 24 mei 2000 (verder: de overeenkomst) heeft de gemeente haar kabelbedrijf verkocht aan Casema.
b. In de overeenkomst zijn onder meer de volgende artikelen van belang:
6.1: De Koper garandeert jegens de Verkoper dat de Koper het Kabelnetwerk na de Levering zal exploiteren met volledige inachtneming van de Audio Video Strategie Amstelveen die als Bijlage I onderdeel uitmaakt van de Overeenkomst. (...)
6.3: De Koper garandeert jegens de Verkoper en de Gemeente dat vanaf 1 maart 2001 (Fase II in de Audio Video Strategie Amstelveen) aan alle aangeslotenen drie alternatieven ter beschikking staan waaruit de aangeslotenen een keuze kunnen maken:
a. een pakket van 34 analoge TV kanalen en 32 radiokanalen (of zoveel meer als technisch mogelijk blijken) voor een bedrag van maximaal NLG 17,95 inclusief BTW per maand;
b. een pakket van 34 analoge TV kanalen en 32 radiokanalen (of zoveel meer als technisch mogelijk blijken) voor een bedrag van maximaal NLG 17,95 inclusief BTW per maand, inclusief de Digitale Decoder (...);
c. een pakket van 17 analoge TV kanalen en 32 radiokanalen (of zoveel meer als technisch mogelijk blijken) voor een bedrag van NLG 12,- inclusief BTW per maand (...) inclusief de Digitale Decoder (...).
6.9: De in de Audio Video Strategie Amstelveen genoemde prijzen betreffen het prijspeil 2000. De prijzen kunnen steeds per 1 januari worden verhoogd, voor het eerst per 1 maart 2001, zulks overeenkomstig de laatst gerealiseerde ontwikkelingen in een termijn van 1 jaar (...) van het consumentenprijsindexcijfer CPI (...). Stijging van onvermijdbare kosten die door derden in rekening worden gebracht en die zijn omschreven in Bijlage VIII, kunnen voor zover zij boven CPI uitstijgen eveneens in het tarief worden doorberekend.
6.11: Fase III zoals beschreven in de Audio Video Strategie Amstelveen zal ingaan uiterlijk op 1 januari 2004 tenzij Partijen uiterlijk op 1 juli 2003 gezamenlijk schriftelijk hebben vastgesteld dat er op 1 januari 2004 in Nederland (nog) niet voldoende marktwerking op de betrokken kabelmarkt zal bestaan. In dat geval zullen Partijen in onderling overleg (...) een nieuwe ingangsdatum bepalen voor Fase III. Indien tussen Partijen een geschil van mening bestaat over de aanwezigheid van marktwerking op 1 januari 2004, zullen partijen hun geschil met betrekking tot de marktwerking voorleggen aan een arbitraal college.
Bijlage VIII van de overeenkomst luidt als volgt:
Omschrijving kosten derden
Onder kosten van derden in artikel 5.2 onder g wordt verstaan de aan derden te betalen niet te vermijdbare kosten ten behoeve van het analoge programmapakket waaronder:
- Signaalkosten
- Huur opstelplaatsen (o.a. ten behoeve van schotels)
- Stroomverbruik
- Precario ed.
- Basiskaarten
- Auteursrechten
- Naburige rechten
- Bankkosten
- Kosten vergunningen
- Kosten leges
of kosten c.q. heffingen met een vergelijkbare grondslag danwel kosten waarover met de Gemeente overeenstemming is bereikt dat zij als kosten van derden zijn aan te merken.
c. In 2003 bedroeg het door abonnees van Casema in de gemeente Amstelveen te betalen tarief € 9,30 (incl. BTW) per maand. Bij brief van 31 oktober 2003 heeft Casema aan de gemeente medegedeeld dat Casema “een begin heeft gemaakt met het aanpassen van de abonnementstarieven voor haar gehele verzorgingsgebied om tot één uniform en kostendekkend niveau te komen” en dat het tarief voor het standaardpakket in de gemeente Amstelveen vanaf 1 januari 2004 € 11,38 (incl. BTW) per maand zal bedragen. Bij brief van 23 december 2003 heeft Casema toegezegd de tariefverhoging pas per 1 april 2004 te zullen invoeren. Deze aangekondigde tariefverhoging is per die datum geëffectueerd.
d. De gemeente heeft inmiddels een bodemprocedure tegen Casema aanhangig gemaakt, waarin zij zich op het standpunt stelt dat Casema onverkort aan de overeengekomen tariefclausules is gebonden en (kort gezegd) nakoming daarvan vordert.
e. Er loopt in Nederland nog een aantal andere procedures tussen enerzijds gemeenten en anderzijds grote kabelbedrijven die identiek zijn aan de onderhavige procedure; daarbij is steeds in geschil of de kabelbedrijven gebonden zijn aan de met de gemeenten gemaakte afspraken over de maximumprijs voor de doorgifte van radio- en televisieprogramma’s aan abonnees.
In een bodemzaak tussen de gemeente Wageningen en UPC heeft de rechtbank te Amsterdam bij vonnis van 28 januari 2004 geoordeeld dat de exploitatievoorschriften van de in die procedure aan de orde zijnde overeenkomst beperkingen stellen aan het aanbod van programma’s of dat effect kunnen hebben; nu voor zodanige gemeentelijke inmenging ingevolge art. 7 Grondwet een specifieke grondslag in een wet in formele zin vereist is welke ontbreekt, zijn de exploitatievoorschriften uit die overeenkomst naar het oordeel van de rechtbank nietig. De gemeente Wageningen heeft hoger beroep ingesteld tegen dat vonnis.
In een kort geding procedure tussen de gemeente Alphen aan den Rijn en Casema heeft de voorzieningenrechter te ’s-Gravenhage in zijn vonnis van 5 april 2004 geen aanleiding gezien uit te gaan van de nietigheid van de tariefbepalingen in de overeenkomst tussen die partijen. Casema heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis.