ECLI:NL:GHAMS:2006:AZ2209

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 november 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
15-634170/05
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • M. Houben
  • A. Schipper
  • M. van Wijnen-Vergeer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beschikking inzake opheffing voorlopige hechtenis in de zaak van verdachte tegen de rechtbank Haarlem

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 8 november 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake de voorlopige hechtenis van de verdachte, die eerder door de rechtbank Haarlem was afgewezen. De rechtbank had op 9 oktober 2006 het verzoek van de verdachte tot opheffing van de voorlopige hechtenis afgewezen. Het hof heeft de feiten en de rechtsgang in overweging genomen en is tot de conclusie gekomen dat er termen aanwezig zijn om de voorlopige hechtenis te schorsen, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de psychische en lichamelijke gevolgen van de gebeurtenissen van 26 oktober 2005. Het hof heeft de voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van 8 november 2006 geschorst, onder bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden omvatten onder andere dat de verdachte zich niet zal onttrekken aan de tenuitvoerlegging van het bevel tot voorlopige hechtenis, dat hij zich aan oproepingen van justitiële instanties zal houden, en dat hij zich niet schuldig zal maken aan strafbare feiten. Tevens diende de verdachte domicilie te kiezen ten kantore van zijn raadsman, mr. Damman. De beschikking is gegeven in raadkamer, waarbij de advocaat-generaal de beschikking ter kennis heeft gebracht van de verdachte. Het hof heeft zich verenigd met de beslissing van de rechtbank, maar heeft de schorsing van de voorlopige hechtenis bevolen, wat een belangrijke stap is in de rechtsgang van de verdachte.

Uitspraak

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, ZEVENDE MEERVOUDIGE STRAFKAMER
BESCHIKKING in raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[Verdachte]
tegen de beslissing van de rechtbank te Haarlem van 9 oktober 2006, houdende afwijzing van het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis.
De feiten en de rechtsgang
Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank te Haarlem van 12 oktober 2006, waarbij namens verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beslissing van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beslissing waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. Damman.
De beoordeling
Het hof verenigt zich met de beslissing waarvan beroep en de gronden waarop deze berust.
Het hof acht echter termen aanwezig de schorsing van de voorlopige hechtenis te bevelen, gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte en de psychische en lichamelijke gevolgen voor verdachte van de gebeurtenissen van 26 oktober 2005, onder de navolgende voorwaarden.
De beslissing
Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de beslissing, houdende afwijzing van het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis.
SCHORST het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van 8 november 2006,
zulks onder de voorwaarden dat:
1. hij indien de opheffing der schorsing mocht worden bevo-len, zich niet aan de tenuitvoerlegging van het bevel tot voorlopige hechtenis zal onttrekken.
2. hij, ingeval hij wegens het feit waarvoor de voorlopige hechtenis is bevolen, tot andere dan vervangende vrij-heidsstraf mocht worden veroordeeld, zich aan de ten-uitvoerlegging daarvan niet zal onttrekken.
3. hij aan iedere oproeping vanwege een justitiële instan-tie gevolg zal geven.
4. hij zich niet zal schuldig maken aan strafbare feiten.
5. Dat verdachte domicilie zal kiezen ten kantore van mr. Damman [adres raadsman]
Deze beschikking is gegeven op 8 november 2006 in raadkamer van dit hof door
mr. Houben, voorzitter,
mrs. Schipper en Van Wijnen-Vergeer, raadsheren,
in tegenwoordigheid van Bekker als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van verdachte.
Amsterdam, 8 november 2006,
de advocaat-generaal