ECLI:NL:GHAMS:2008:BH4031
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- M. Coeterier
- P. Ingelse
- E.E. van Tuyll van Serooskerken-Röell
- Rechtspraak.nl
Weigering van crediteuren om in te stemmen met saneringsvoorstel ter voorkoming van faillissement
In deze zaak gaat het om de weigering van twee bedrijfstakpensioenfondsen en een stichting vrijwillig vervroegde uittreding om in te stemmen met een saneringsvoorstel van X, die een verhuis- en koeriersbedrijf exploiteert en in financiële problemen verkeert. X had surseance van betaling aangevraagd en een akkoord voorgesteld aan zijn crediteuren, waarin werd aangeboden om slechts een deel van de vorderingen te voldoen. De Stichtingen, die gezamenlijk een vordering op X hadden van € 98.114,28, weigerden echter in te stemmen met dit voorstel, omdat zij vreesden voor concurrentievervalsing en precedentwerking. X stelde dat de weigering van de Stichtingen onterecht was en dat zij een belang hadden bij het akkoord, maar het hof oordeelde dat de Stichtingen gerechtvaardigde belangen hadden bij hun weigering. Het hof vernietigde het vonnis van de voorzieningenrechter, die X in het gelijk had gesteld, en wees de vordering van X af. De Stichtingen werden in het gelijk gesteld en X werd veroordeeld in de kosten van het geding.