ECLI:NL:GHAMS:2009:BI8234
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- M. Wigleven
- M.M.A. Gerritzen Gunst
- F.A.A. Duynstee
- Rechtspraak.nl
Afwikkeling huwelijkse voorwaarden en verrekening van inkomsten na echtscheiding
In deze zaak gaat het om de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden tussen een vrouw en een man die in 1999 zijn gehuwd onder huwelijkse voorwaarden met uitsluiting van elke gemeenschap van goederen. Tijdens het huwelijk is een periodiek verrekenbeding overeengekomen, maar dit is niet nagekomen. Hun huwelijk is in 2007 ontbonden. De vrouw heeft in hoger beroep de beschikking van de rechtbank te Haarlem aangevochten, waarin is bepaald dat de man aan haar een bedrag van € 82.852,50 verschuldigd is, na aftrek van reeds ontvangen voorschotten. De vrouw verzoekt het hof om te bepalen dat de man haar een bedrag van € 105.980,- zal voldoen, en dat de waarde van een laptop van € 1.000,- kan worden verrekend.
Tijdens de zitting is gebleken dat partijen het erover eens zijn dat er nog een verrekening moet plaatsvinden conform artikel 6 van de huwelijkse voorwaarden, maar zij verschillen van mening over de wijze van verrekening. De vrouw stelt dat van de totale eindvermogens de beginvermogens moeten worden afgetrokken, terwijl de man zich aansluit bij de bestreden beschikking. Het hof overweegt dat de huwelijkse voorwaarden bepalen dat alleen niet verteerd inkomen voor verrekening in aanmerking komt, en dat verliezen niet verrekend hoeven te worden. Het hof concludeert dat de rechtbank terecht heeft vastgesteld dat de man aan de vrouw verschuldigd is de helft van het verschil tussen zijn eindvermogen en beginvermogen, en dat er aan de zijde van de vrouw geen voor verrekening vatbaar vermogen aanwezig is.
Het hof bekrachtigt de bestreden beschikking en wijst het verzoek van de vrouw om een hoger bedrag te ontvangen af. Wel wordt het verzoek om de waarde van de laptop te verrekenen toegewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken op 12 mei 2009.