ECLI:NL:GHAMS:2010:BM5497

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
18 mei 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200.015.810 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. Ingelse
  • J. Faber
  • A. Faase
  • Prof. dr. J. van Hoepen RA
  • M. van Maanen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verhoging van de kosten van het onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Fortis N.V.

In deze zaak, behandeld door de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, is op 18 mei 2010 een beschikking gegeven met betrekking tot de verhoging van de kosten van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Fortis N.V. De verzoekers, waaronder de Vereniging van Effectenbezitters en verschillende natuurlijke en rechtspersonen, hadden eerder een verzoek ingediend om het onderzoek naar Fortis N.V. te laten uitvoeren. Dit onderzoek was bevolen bij beschikking van 24 november 2008, waarbij het maximale bedrag voor de kosten van het onderzoek was vastgesteld op € 600.000, exclusief omzetbelasting.

In de daaropvolgende beschikkingen van 5 december 2008, 8 mei 2009 en 26 november 2009 werd het bedrag voor de kosten van het onderzoek verhoogd tot respectievelijk € 1.200.000 en later tot € 2.000.000. Op 26 april 2010 hebben de onderzoekers verzocht om het bedrag opnieuw te verhogen, ditmaal met € 350.000, waardoor het totaal op € 2.350.000 zou komen. De Ondernemingskamer heeft op 28 april 2010 aan de advocaten van partijen bericht dat zij voornemens was om dit verzoek toe te wijzen, tenzij er voor 14 mei 2010 bezwaren zouden worden ingediend.

Aangezien er geen bezwaren zijn ingediend door de advocaten van de betrokken partijen, heeft de Ondernemingskamer besloten het verzoek van de onderzoekers toe te wijzen. De beschikking houdt in dat Fortis N.V. aanvullende zekerheid moet stellen voor de betaling van het verhoogde bedrag van € 2.350.000. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden uitgevoerd, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.

Uitspraak

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
BESCHIKKING van 18 mei 2010 in de zaak met rekestnummer 200.015.810 OK van
1. de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid,
VERENIGING VAN EFFECTENBEZITTERS,
gevestigd te 's-Gravenhage,
2. R. PHILIPS,
wonende te Cuijk,
3. W.J.C. MEINE JANSEN,
wonende te Ravenswaaij,
4. H.J.G. DE RUIJTER,
wonende te Maasmechelen, België,
5. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PLUVEZO B.V.,
gevestigd te Meerlo,
6. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DAALVESTE PENSIOEN B.V.,
gevestigd te Valkenswaard,
7. J.A.M. VAN DAAL-DIELIS,
wonende te Valkenswaard,
8. W.J.J. VAN DAAL,
wonende te Valkenswaard,
VERZOEKERS,
advocaat: MR. G.T.J. HOFF,
t e g e n
de naamloze vennootschap
FORTIS N.V.,
gevestigd te Utrecht,
VERWEERSTER,
advocaten: MR. H.J. DE KLUIVER, MR. C.N. PEIJSTER en MR. R.W. POLAK,
e n t e g e n
1. de organisatie met volledige rechtsbevoegdheid naar Belgisch recht
EUROPEAN SHAREHOLDERS GROUP,
gevestigd te Brussel, België,
2. de rechtspersoon naar buitenlands recht,
PREINVESTMENT HOLDING S.A.,
gevestigd te Luxemburg, Luxemburg,
3. A. OSWALD,
wonende te Luxemburg, Luxemburg,
4. de rechtspersoon naar buitenlands recht,
VOLTA INVESTMENTS LIMITED,
gevestigd te Gibraltar, Gibraltar,
5. G.J. VADER,
wonende te Anyos, Andorra,
6. M.I. LEVA RIOS,
wonende te Madrid, Spanje,
7. A.M. LEVA RIOS,
wonende te Madrid, Spanje,
8. C. LEVA RIOS,
wonende te Madrid, Spanje,
9. E.G.R. BAAK,
wonende te Amsterdam,
10. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid,
BAAK ADVIES B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
11. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid,
RENSEN SHIPBUILDING B.V.,
gevestigd te Zwijndrecht,
12. de rechtspersoon naar buitenlands recht
ORBIT PRIVATE ASSET MANAGEMENT S.A.R.L.,
gevestigd te Antwerpen, België,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat: MR. P.W.J. COENEN,
e n t e g e n
13. G.G.W.M. PETERS,
wonende te Capelle aan den IJssel,
BELANGHEBBENDE,
advocaat: MR. A.J. DE GIER,
e n t e g e n
14. DE STAAT DER NEDERLANDEN,
gevestigd te 's–Gravenhage,
BELANGHEBBENDE,
advocaten: MR. A.R.J. CROISET VAN UCHELEN en MR. T.M. STEVENS.
1. Het verloop van het geding
1.1 Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen in deze zaak van 24 november 2008, 5 december 2008, 9 februari 2009, 8 mei 2009 en 26 november 2009.
1.2 Bij de beschikking van 24 november 2008 heeft de Ondernemingskamer - voor zover hier van belang - een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Fortis N.V., gevestigd te Utrecht, over de periode vanaf 29 mei 2007, het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 600.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en drie nader aan te wijzen en aan partijen bekend te maken personen benoemd teneinde het onderzoek te verrichten. Bij de beschikking van 5 december 2008 heeft de Ondernemingskamer
dr. F.J.G.M. Cremers, mr. C.E. Drion en drs. C.J.M. Scholtes aangewezen als onderzoekers zoals bedoeld in de beschikking van 24 november 2008. De Ondernemingskamer heeft bij haar beschikking van 8 mei 2009 het bedrag dat voormeld onderzoek ten hoogste mag kosten verhoogd tot € 1.200.000 (exclusief omzetbelasting) en bij haar beschikking van 26 november 2009 het laatstgenoemde bedrag verhoogd tot € 2.000.000 (exclusief omzetbelasting).
1.3 De onderzoekers hebben de Ondernemingskamer bij op 26 april 2010 ter griffie van de Ondernemingskamer ingekomen verzoekschrift verzocht om het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten te verhogen met € 350.000 en aldus vast te stellen op € 2.350.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen.
1.4 De secretaris van de Ondernemingskamer heeft per fax op 28 april 2010 een kopie van het voormelde verzoekschrift van de onderzoekers doorgestuurd aan de advocaten van partijen en aan hen bericht dat de Ondernemingskamer voornemens is het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten te verhogen tot € 2.350.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en dat, indien niet uiterlijk op 14 mei 2010 wordt vernomen, ervan uit zal worden gegaan dat tegen dit voornemen geen bezwaren bestaan. Bij fax van 14 mei 201o heeft mr. De Kluiver gereageerd op het verzoek van de onderzoekers, doch geen op afwijzing van dat verzoek gerichte bezwaren geformuleerd. De Ondernemingskamer heeft van de andere bij deze procedure betrokken advocaten van partijen niet vernomen.
2. De gronden van de beslissing
Nu de Ondernemingskamer van de zijde van (de advocaten van) partijen geen op afwijzing van het verzoek - tot verhoging van het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten - gerichte bezwaren heeft ontvangen en de Ondernemingskamer het verzoek niet onredelijk voorkomt, zal de Ondernemingskamer het verzoek toewijzen zoals hierna te vermelden.
3. De beslissing
De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het bij beschikking van 24 november 2008 bevolen onderzoek in deze zaak ten hoogste mag kosten tot € 2.350.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en bepaalt dat Fortis N.V., gevestigd te Utrecht, ten genoegen van de onderzoekers aanvullende zekerheid dient te stellen voor de betaling van dit bedrag;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. Ingelse, voorzitter, mr. Faber en mr. Faase, raadsheren,
prof. dr. Van Hoepen RA en mr. Van Maanen, raden, in tegenwoordigheid van mr. Verheggen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de Ondernemingskamer van 18 mei 2010.