Uitspraak
CASTRICUM TRUCKS B.V.,
mr. E.C.M.J. van Kempente Cuijk,
gevestigd te Amsterdam,
mr. A. Kniggete Amsterdam.
1.Het geding in hoger beroep
2.Beoordeling
Castricum heeft daarop niet gereageerd.
Het hof zal, de voortgang van het partijdebat vóór en na het tussenarrest van 22 januari 2013 in aanmerking genomen, als het tussen partijen relevante bewijsthema aanmerken:
Voor het overige blijft het hof bij hetgeen het in zijn tussenarrest van 22 januari 2013 heeft overwogen en beslist.
Het hof verwerpt het betoog van Castricum. In de kern gaat het erom te onderzoeken of de brand een andere oorzaak kan hebben dan laswerkzaamheden respectievelijk voorbereidende laswerkzaamheden in of in de onmiddellijke nabijheid van de spuitcabine. Het hof houdt er rekening mee dat een branddeskundige met behulp van de hem of haar ter beschikking staande expertise licht kan werpen op de oorzaak van de brand aan de hand van het brandbeeld en hetgeen overigens ten aanzien van de brand is komen vast te staan. Als op basis van de bevindingen van de te benoemen deskundige een alternatieve oorzaak kan worden uitgesloten, kan Delta Lloyd daaraan onmiskenbaar bewijs ontlenen.
De deskundige zal bij zijn onderzoek mogen betrekken de waarnemingen en vaststellingen van eerdere deskundigen die onbetwist zijn gebleven.
(a) is de brand ontstaan in of in de directe omgeving van het vloerrooster van de spuitcabine?
(b) zo neen, kunt u een andere plaats aanwijzen waar de brand is ontstaan?
(c) is de brand ontstaan door open vuur (vonken) en/of door gesmolten aluminium spetters?
(d) kunt u een technische oorzaak van de brand uitsluiten?