ECLI:NL:GHAMS:2013:4959

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 november 2013
Publicatiedatum
17 januari 2014
Zaaknummer
200.127.182-01 GDW
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van hoger beroep in klacht tegen gerechtsdeurwaarder

In deze zaak heeft klaagster hoger beroep ingesteld tegen een beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders te Amsterdam. De kamer had op 9 april 2013 een beslissing genomen waarbij het verzet van klaagster tegen een eerdere beschikking gedeeltelijk gegrond werd verklaard, maar haar klacht tegen de gerechtsdeurwaarder ongegrond werd verklaard. Klaagster ontving de kennisgeving van deze beslissing op 10 april 2013, met de mededeling dat zij binnen dertig dagen in hoger beroep kon komen. De beroepstermijn eindigde op 10 mei 2013, maar omdat deze datum viel op een dag die gelijkgesteld is met een feestdag, werd de termijn verlengd tot 13 mei 2013. Klaagster diende haar verzoekschrift op 13 mei 2013 in, wat het hof aanleiding gaf om te oordelen dat er geen sprake was van overschrijding van de beroepstermijn.

Tijdens de openbare zitting op 12 september 2013 werd enkel de ontvankelijkheid van het hoger beroep behandeld, waarbij partijen niet verschenen. Het hof heeft de stukken van het geding bestudeerd en vastgesteld dat klaagster tijdig in hoger beroep is gekomen. Het hof verklaart klaagster ontvankelijk in haar hoger beroep en heeft bepaald dat de behandeling van de zaak zal worden voortgezet op 23 januari 2014 om 14.15 uur. Deze beslissing is openbaar uitgesproken op 26 november 2013 door de rolraadsheer.

Uitspraak

beslissing
___________________________________________________________________ _ _

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht
zaaknummer: 200.127.182/01 GDW
zaaknummer kamer voor gerechtsdeurwaarders te Amsterdam: 671.2012
beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 26 november 2013
inzake:
[klaagster],
wonend te [plaatsnaam],
APPELLANTE,
t e g e n
[gerechtsdeurwaarder],
gerechtsdeurwaarder te [plaatsnaam],
GEÏNTIMEERDE.

1.Het geding in hoger beroep

1.1.
Van de zijde van appellante, verder te noemen klaagster, is bij een op 13 mei 2013 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift – met bijlagen – hoger beroep ingesteld tegen de aan deze beslissing gehechte beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders te Amsterdam, verder te noemen de kamer, van 9 april 2013. Bij die beslissing is het verzet van klaagster, tegen de beschikking van de voorzitter van de kamer van 10 juli 2012, gedeeltelijk gegrond verklaard en is de door klaagster tegen geïntimeerde, verder te noemen de gerechtsdeurwaarder, ingediende klacht ongegrond verklaard
1.2.
Het hoger beroep is behandeld ter openbare zitting van 12 september 2013. In de oproepbrief is door het hof aan partijen meegedeeld dat op de mondelinge behandeling uitsluitend de ontvankelijkheid van het hoger beroep aan de orde zou komen. Partijen zijn niet verschenen.

2.De stukken van het geding

Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van de door de kamer aan het hof toegezonden stukken van de eerste instantie en de hiervoor vermelde stukken.

3.De ontvankelijkheid van het hoger beroep

3.1.
De beslissing van de kamer van 9 april 2013 is klaagster bij kennisgeving van de kamer van 10 april 2013 toegezonden.
3.2.
In genoemd schrijven van de kamer van 10 april 2013 is klaagster – overeenkomstig het bepaalde in artikel 45 van de Gerechtsdeurwaarderswet – medegedeeld dat zij binnen dertig dagen na dagtekening van deze schriftelijke kennisgeving in hoger beroep kon komen. Dit betekent dat de beroepstermijn eindigde op vrijdag 10 mei 2013. Het verzoekschrift van klaagster waarin zij te kennen geeft zich niet met de uitspraak van de kamer te kunnen verenigen is op 13 mei 2013 bij het hof ingekomen.
3.3.
Klaagster kan desalniettemin in haar hoger beroep worden ontvangen, nu in deze geen sprake is van overschrijding van de beroepstermijn. De beroepstermijn eindigde namelijk op een dag (vrijdag 10 mei 2013, de dag na Hemelvaartsdag) die ingevolge het Besluit van 7 juni 2010, nr. 10.001566, voor de toepassing van de Algemene Termijnenwet (ATW) gelijkgesteld is met een algemene erkende feestdag. Ingevolge artikel 1, eerste lid, van de ATW, wordt de termijn verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is, waardoor de beroepstermijn is verlengd tot en met maandag 13 mei 2013.
3.4.
Nu vastgesteld is dat het verzoekschrift van klaagster tijdig is ingediend, kan overgegaan worden tot inhoudelijk behandeling van de zaak. Het hof zal de behandeling voortzetten op
donderdag 23 januari 2014 te 14.15 uur.

4.De beslissing

Het hof:
- verklaart klaagster ontvankelijk in haar hoger beroep tegen de beslissing van de kamer van 9 april 2013;
- bepaalt dat de behandeling van de zaak zal worden voorgezet op
donderdag 23 januari 2014 te 14.15 uuren dat de griffier van het gerechtshof klaagster en de gerechtsdeurwaarder daartoe zal oproepen.
Deze beslissing is gegeven door mrs. A.L.G.A. Stille, H.T. van der Meer en L.J. Saarloos en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 26 november 2013 door de rolraadsheer.