17.28uur
[medeverdachte 3] rijdt in een Volkswagen Golf R32 met kenteken [kenteken 43] het woonwagenkamp af.
ZD 54: 9 t/m 10 april 2011 te Barneveld diefstal BMW 320d met kenteken [kenteken 35] .
22.
Een proces-verbaal met nummer PL0740 2011042554-1 van 16 april 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 16] (map 15 doorgenummerde pagina’s 6121 e.v.).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op
11 april 2011 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van
[benadeelde 2]:
Ik doe aangifte van diefstal van mijn personenauto, een zwarte BMW 320d met kenteken [kenteken 35] , bouwjaar 2002, gepleegd te Barneveld tussen 9 april 2011 te 19.30 uur en 10 april 2011 te 09.15 uur.
Ik had mijn auto geparkeerd op de oprit voor mijn woning. Op 10 april 2011 te 09.15 uur werd ik gebeld door mijn buren met de mededeling dat mijn auto niet meer op de oprit stond. Kort daarna zag ik dat mijn Volkswagen Multivan van de parkeerplaats bij [plek 1] was weggenomen. Dit voertuig stond op 9 april 2011 te 16.00 uur nog op het parkeerterrein. Ik zag toen dat mijn voertuig van het slot was.
De reservesleutel van de BMW lag in het dashboardkastje van de Volkswagen.
23.
Een proces-verbaal met nummer PL0740 2011042554-1 van 8 juli 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 17] (map 15 doorgenummerde pagina 6134 ).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als verklaring van verbalisant:
Op 8 juli 2011 heb ik telefonisch gesproken met [benadeelde 2] , die op 11 april 2011 aangifte heeft gedaan van diefstal van zijn BMW 320d met kenteken [kenteken 35] .
In dit telefoongesprek verklaarde [benadeelde 2] dat voornoemde BMW voorzien was van:
- 18 inch Alpina wielen/velgen
- Vijf schakel versnellingen
- Kilometerstand ongeveer 270.000
- Geen xenon verlichting
24.
Een proces-verbaal met nummer PL 27 RR/10-064140 van 6 juli 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 17] (map 15 doorgenummerde pagina’s 5978 e.v.), met als bijlagen de volgende tapgesprekken:
- (pag. 6036) een tapgesprek van 9 april 2011 te 17.10 uur tussen [medeverdachte 2] en NN-man (het hof begrijpt: [naam 3] ), inhoudende voor zover van belang:
[medeverdachte 2] moet het wel weten, want hij moet die mullie bij zijn huis ophalen.
- (pag. 6044) een tapgesprek van 9 april 2011 te 21.36 uur tussen [naam 1] en [verdachte] , inhoudende voor zover van belang:
[verdachte] is onderweg en is nu vlak bij [medeverdachte 2] .
[verdachte] zegt dat ze naar die vriend van [medeverdachte 2] moeten, naar Barneveld voor onderdelen van die auto.
- (pag. 6045) een tapgesprek van 9 april 2011 te 21.37 uur tussen [naam 1] en [verdachte] , inhoudende voor zover van belang:
[verdachte] zegt dat ze met zijn vieren in de auto zijn.
- (pag. 6047)
Op 9 april 2011 te 22.54 uur straalt de telefoon van [medeverdachte 3] aan in Barneveld.
- (pag. 6048)
Op 9 april 2011 te 23.12 uur straalt de telefoon van [medeverdachte 2] aan in Naarden.
- (pag. 6050)
Op 9 april 2011 te 23.19 uur straalt de telefoon van [verdachte] aan in Laren.
- (pag. 6051)
Op 9 april 2011 te 23.22 uur straalt de telefoon van [verdachte] aan in Naarden.
- (pag. 6052)
Op 9 april 2011 te 23.26 uur straalt de telefoon van [verdachte] aan in Muiden.
- (pag. 6058) een tapgesprek van 10 april 2011 te 15.38 uur tussen [naam 2] ( [naam 2] ) en [verdachte] ( [verdachte] ), inhoudende voor zover van belang:
[verdachte] : he, heb jij nog iemand voor een euh 320d
[naam 2] : sorry
[verdachte] : een 320d van 2002, station
(…)
[verdachte] : uit 2002 met Alpina’s eronder
[naam 2] : met Alpina stoelen
[verdachte] : met Alpina’s eronder, Alpina wielen
[naam 2] : Alpina, oh Alpina velgen
(….)
[naam 2] : Oh ja joh, wat kost dat ding nou
[verdachte] : 15 meier
[naam 2] : ja hoor je het van mij ja
[verdachte] : is goed
ZD 74: 3 mei 2011 te Amsterdam opzetheling Dermascan
25.
Een proces-verbaal inhoudende een afschrift van aangifte met nummer 2011009776 van 12 januari 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 18] (map 17 doorgenummerde pagina’s 6928 e.v. en 6935 e.v.).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
verklaring van
[naam 8]:
Ik ben namens de benadeelde gerechtigd tot het doen van aangifte.
Op 11 januari 2011 parkeerde ik mijn auto in mijn garage op de [adres 9] . Op 12 januari 2011 om 09.00 uur zag ik dat de Dermascan verdwenen was. Aan niemand werd het recht of de toestemming gegeven tot het plegen van het feit.
Merk Dermascan C Ver.3.
Inscriptie: [nummer 3]
Dit apparaat zit in een Peli-koffer met TFT flat panel monitor, wireless keyboard, footswitch en kabels voor de aansluiting.
Waarde of schadebedrag in euro’s: 11.000,00.
26.
Een proces-verbaal van 19 mei 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 19] (map 17 doorgenummerde pagina’s 6924 e.v.).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als verklaring van verbalisant:
Op 18 mei heb ik een nader onderzoek verricht naar de herkomst van de Dermascan Cortex. Deze is in beslag genomen op 3 mei 2011 aan de [adres 2] (het hof begrijpt [adres 1] ) te Amsterdam. De Dermascan is voorzien van serienummer [nummer 4] .
Ten aanzien van feit 5, zaaksdossier 63, komt het hof komt tot een bewezenverklaring op grond van de volgende bewijsmiddelen, waarbij het hof, gelet op de bekennende verklaring van de verdachte en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit, zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
ZD 63: 3 mei 2011 te Amsterdam opzettelijk aanwezig hebben hennepplanten en –stekjes in de schuur aan de [straat 1] .
27.
De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep van 18 november 2013.
28.
Een proces-verbaal kennisgeving van inbeslagneming van 3 mei 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 5] (map 24 doorgenummerde pagina’s 9732 e.v.).
29.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL 27 RR/11-032758 van 6 juni 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 20] en [verbalisant 21] (map 16 doorgenummerde pagina’s 6767 e.v.).
ZD 77: 3 mei 2011 te Amsterdam opzettelijk aanwezig hebben 1068,5 gram marihuana in de schuur aan de [straat 1] .
30.
Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL 27 RR/11-032758 van 1 juni 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren
[verbalisant 22] en [verbalisant 20] (map 17 doorgenummerde pagina’s 6962 e.v.).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als verklaring van de verbalisanten:
Op 3 mei 2011 werd een doorzoeking uitgevoerd op het adres [adres 2] (het hof begrijpt: [adres 1] ) te Amsterdam. Tijdens deze doorzoeking werd een hoeveelheid vermoedelijk marihuana aangetroffen. Deze marihuana werd in beslag genomen.
Wij hebben het netto gewicht van de aangetroffen marihuana vastgesteld op 1068,5 gram. Wij hebben een stukje van de aangetroffen marihuana getest met een daartoe bestemde M.M.C. Cannabistest. Deze test verkleurde positief zodat mag worden aangenomen dat de aangetroffen stof cannabis bevat.
ZD 73: 3 mei 2011 te Mijdrecht opzettelijk aanwezig hebben hennep in een loods aan de [adres 3] .
31.
Een proces-verbaal van relaas met nummer BHV 2010304082 van 13 oktober 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 7] (map 17 doorgenummerde pagina’s 6910 e.v.).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als verklaring van de verbalisant:
Op 3 mei 2010 vond een doorzoeking plaats in de loods gelegen aan de [adres 3] . Tijdens de doorzoeking werden op de eerste etage, welke behoort bij de loods, twee kweekkasten met daarin 11 hennep-moederplanten en 89 hennepplanten, aangetroffen en in beslag genomen.
Van de aangetroffen hennepplanten werd een hoeveelheid getest middels een van rijkswege verstrekte en daartoe bestemde M.M.C. Cannabistest. Hierbij trad een positieve kleurverandering op zodat aangenomen mag worden dat de geteste stof cannabis bevat.
32.
Een proces-verbaal sporenonderzoek met nummer PL27RR/11-031847 van 3 mei 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 23] (map 17 doorgenummerde pagina’s 6914 en 6915).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als verklaring van de verbalisant.
Op 3 mei 2011 ontving ik van collega Rood een waardezak met daarin groen bladmateriaal van een plant.
Ik herkende de bladeren als zijnde die van een hennepplant. De geur herkende ik als de lucht van hennepplanten.
Vervolgens heb ik een deel van het bladmateriaal getest met een MMC cannabis test. Er trad een positieve rode kleurreactie op, zodat aangenomen mag worden, dat het geteste materiaal vermoedelijk cannabis of wel hennep betrof.
33.
Een proces-verbaal met nummer PL27RR/11-031847 van 3 mei 2011, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 17] (map 3 doorgenummerde pagina 931 e.v.).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op
3 mei 2011 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van
[naam 9] :
Ik verhuur mijn loods aan de [adres 3] sinds december 2009 aan [verdachte] . Per maand betaalde hij 833 euro huur. Ik heb de loods leeg aan [verdachte] verhuurd. Ik heb [verdachte] bij de loods gezien.
De hiervoor vermelde bewijsmiddelen, voor zover het een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef, onder 5° Sv betreft, zijn telkens slechts gebezigd in verband met de inhoud van de andere bewijsmiddelen.
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Feit 1(zaaksdossiers 24, 26, 34, 35, 36 en 54)
hij op tijdstippen in of omstreeks de periode van 11 december 2010 tot en met 03 mei 2011 te Amsterdam en Barneveld en Zaventem, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, telkens met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen voertuigen, te weten:
- ( ZD 24) een Volkswagen Golf GTI (kenteken: [kenteken 15] ) toebehorende aan [slachtoffer 12] en een Volkswagen Golf GTI (kenteken: [kenteken 16] ) toebehorende aan [slachtoffer 13] en
- ( ZD 26) een Volkswagen Golf (kenteken: [kenteken 18] ) toebehorende aan [slachtoffer 15] en
- ( ZD 34) een Volkswagen Transporter (kenteken: [kenteken 22] ) toebehorende aan [benadeelde 4] en
- ( ZD 35) een Volkswagen Transporter (kenteken: [kenteken 23] ) toebehorende aan [slachtoffer 18] en
een Golf R32 (kenteken: [kenteken 24] ) toebehorende aan [benadeelde 1] en
- ( ZD 36) een Volkswagen Golf (kenteken: [kenteken 25] ) toebehorende aan [benadeelde 3] en
- ( ZD 54) een BMW 320d (kenteken: [kenteken 35] ) toebehorende aan [benadeelde 2] .
hij op 03 mei 2011 te Amsterdam en/of Duivendrecht, gemeente Ouder-Amstel, een Dermascan voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die Dermascan wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Feit 5(zaaksdossier 63, 73 en 77)
hij op 03 mei 2011 te Amsterdam en/of Duivendrecht, gemeente Ouder-Amstel, en Mijdrecht, opzettelijk aanwezig heeft gehad
A. in een schuur behorende bij een pand aan [adres 2] 1.068,5 gram hennep en
75 hennepplanten en 443 stekjes van hennepplanten en
B. in de loods gelegen aan de [adres 3] 11 hennep-moederplanten en 89 hennep-planten, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II.
Hetgeen onder 1, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het onder 1, 4 en 5 bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd.
Het onder 4 bewezen verklaarde levert op:
Het onder 5 bewezen verklaarde levert op:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het onder 1, 4 en 5 bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.
Oplegging van straffen en maatregelen
De rechtbank Haarlem heeft de verdachte voor het ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van voorarrest. Voorts heeft de rechtbank beslist dat een aantal in beslag genomen voorwerpen dient te worden verbeurd verklaard en dat een aantal in beslag genomen voorwerpen dient te worden onttrokken aan het verkeer. Ten aanzien van de toegewezen vorderingen van de benadeelde partijen heeft de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opgelegd.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte en het openbaar ministerie hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straffen en maatregelen als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straffen en maatregelen bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon en de draagkracht van de verdachte.
Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een aantal autodiefstallen. Door het stelen van auto’s heeft de verdachte niet alleen aanzienlijke economische schade veroorzaakt voor de rechtmatige eigenaren van die auto’s, maar heeft hij hen tevens hinder en overlast bezorgd, onder meer doordat zij van de ene op de andere dag zonder vervoer zaten. Opvallend is verder de brutale wijze waarop deze autodiefstallen - soms op klaarlichte dag - werden gepleegd.
Voorts heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan opzetheling en het aanwezig hebben van hennepplanten en marihuana. Opzetheling draagt bij aan het voortbestaan van een door diefstal ontstane onrechtmatige vermogensrechtelijke toestand. Softdrugs bevatten stoffen die bij langdurig of overmatig gebruik een gevaar vormen voor de volksgezondheid.
Blijkens een de verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 7 november 2013 is de verdachte eerder ter zake van strafbare feiten onherroepelijk veroordeeld.
Het hof heeft tevens gelet op de inhoud van de zich in het dossier bevindende over de verdachte uitgebrachte rapporten van de Reclassering Nederland.
Gelet op de omstandigheid dat de verdachte voor een groot aantal ten laste gelegde feiten zal worden vrijgesproken komt het hof tot oplegging van een lagere straf dan door de rechtbank opgelegd en door de advocaat-generaal gevorderd. Het hof acht, alles afwegende, een gevangenisstraf van 18 maanden, met aftrek van voorarrest, passend en geboden.
De hierna te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen (beslaglijst nrs. 9, 10, 11, 23, 2, 58 en 100) behoren aan de verdachte toe. Zij zullen worden verbeurd verklaard aangezien zij geheel of grotendeels door middel van het ten laste gelegde en bewezen verklaarde zijn verkregen.
Onttrekking aan het verkeer
De hierna te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen (beslaglijst nrs. 10, 12, 13, 43, 48, 1, 5, 18, 22, 52 en 57) zijn bij gelegenheid van het onderzoek naar de door de verdachte begane feit aangetroffen. Zij behoren aan de verdachte toe en kunnen dienen tot het begaan of de voorbereiding van soortgelijke feiten dan wel tot belemmering van de opsporing daarvan. Zij zullen worden onttrokken aan het verkeer aangezien het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang en/of de wet.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1] (ZD 35)
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 10.145,10. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 884,35. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 1 bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot een bedrag van € 115,25. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Het hof zal bepalen dat indien een medeverdachte het bedrag geheel of gedeeltelijk heeft betaald, verdachte in zoverre zal worden bevrijd.
Voor het overige is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2] (ZD 54)
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 1.307,70, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf het moment van het ontstaan van de schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 1 bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot een bedrag van € 530,59, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 10 april 2011 tot aan de dag der algehele voldoening. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Het hof zal bepalen dat indien een medeverdachte het bedrag geheel of gedeeltelijk heeft betaald, verdachte in zoverre zal worden bevrijd.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van van de diefstal van de Multivan waardoor de overige gestelde schade zou zijn veroorzaakt. In zoverre kan de benadeelde partij daarom in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3] (ZD 36)
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 3.996,37. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 1 bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. Verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Het hof zal bepalen dat indien een medeverdachte het bedrag geheel of gedeeltelijk heeft betaald, verdachte in zoverre zal worden bevrijd.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4] (ZD 34)
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 4.020,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Het hof is van oordeel dat de vordering van de benadeelde partij onvoldoende is onderbouwd en dat de behandeling daarvan een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. De benadeelde partij kan daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan haar vordering slechts bij de burgerlijke aanbrengen.
Vordering van de benadeelde partijen [benadeelde 5] (ZD 21) en [benadeelde 6] (feit 2 ZD 59)
De benadeelde partijen hebben zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep gedeeltelijk toegewezen.
De benadeelde partijen hebben zich in hoger beroep
nietopnieuw gevoegd. Het hof heeft in hoger beroep te oordelen over de gevorderde schadevergoeding voor zover deze in eerste aanleg is toegewezen.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt. De benadeelde partijen kunnen daarom in hun vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partijen [benadeelde 7] (ZD 22), [benadeelde 8] BV (ZD 25), [benadeelde 9] (ZD 27), [benadeelde 10] BV (ZD 27), [benadeelde 11] (ZD 37), [benadeelde 12] (ZD 57), en [benadeelde 13] (ZD 78)
De benadeelde partijen hebben zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep (gedeeltelijk) toegewezen.
De benadeelde partijen hebben zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van hun oorspronkelijke vordering.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt. De benadeelde partijen kunnen daarom in hun vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partijen [benadeelde 14] (ZD 55), [benadeelde 15] (ZD 22), [benadeelde 16] B.V. (ZD 50), [benadeelde 17] (ZD 58)
De benadeelde partijen hebben zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep niet-ontvankelijk verklaard.
De benadeelde partij hebben zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van hun oorspronkelijke vordering.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt. De benadeelde partijen kunnen daarom in hun vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 18] (ZD 3), [benadeelde 19] (ZD 8), [benadeelde 20] (ZD 12), [benadeelde 21] (ZD 14), [benadeelde 22] (ZD 17), [benadeelde 23] (ZD 18), [benadeelde 8] B.V. (ZD 17 en 45) en [benadeelde 24] B.V. (ZD 45)
De benadeelde partijen hebben zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep niet-ontvankelijk verklaard.
De benadeelde partijen hebben zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van hun oorspronkelijke vordering.
Onvoldoende is gebleken dat de gestelde schade door het bewezen verklaarde handelen van verdachte is veroorzaakt. De benadeelde partijen kunnen daarom in hun vordering niet worden ontvangen.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straffen en maatregelen zijn gegrond op de artikelen 3 en 11 van de Opiumwet en de artikelen 33, 33a, 36b, 36d, 36f, , 57, 311 en 416 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissingen ter zake van het onder 1 ten laste gelegde, voor wat betreft de zaakdossiers 5, 6, 7, 9, 20, 50, 51, 52, 53, 54 (alleen ter zake van de diefstal van de Volkswagen Transporter [kenteken 33] ), 55 en 58 en het onder 3 ten laste gelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 tenlastegelegde, voor wat betreft de zaaksdossiers 5, 6, 7, 9, 20, 21, 22, 25, 27, 32, 37, 39, 48, 50, 51, 52, 53, 54 (voor wat betreft de VW Transporter met kenteken [kenteken 33] en de VW Transporter met kenteken [kenteken 34] ), 55, 57, 58 en 78 en het onder 2, 3, 6 en 7 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 tenlastegelegde, voor wat betreft de zaaksdossiers 24, 26, 34, 35, 36 en 54 (enkel de diefstal van de BMW [kenteken 35] ), en het onder 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 4 en 5 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
9. 1.00 stk Trailer Capri boot kl:wit, op trailer zat boot Stingray
10. 1.00 stk Kentekenplaat Kl:wit, geplakt op boot
11. 1.00 stk Diverse Kl:blauw kapje autoslot
23. 2.00 stk Slot
2. 1.00 stk Trailer Capri boot Kl:wit
58. 5.00 stk Lampekap kl:zilver, aangetroffen in schuur waar plantage zich bevond
100. 1.00 stk Kentekenplaten, deel van een kenteken, er staat een 5 en een 4 op .
Beveelt de
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
10. 4.00 stk Sleutel Kl:zwart autosleutel silca
12. 3.00 stk Sleutels div autosleutels, 1 x audisleutel, 1 x onbekend, 1 x silcasleutel
13. 21.00 stk Sleutel Kl:zwart Silca
43. 1.00 stk Zak met onbewerkte sleutels Kl:zilver
48. 1.00 stk Diverse Kl:zilver slotentrekker
1. stk flashcard (aan sleutelbos)
5. 1.00 stk Sleutel Autosleutel Italy [kenteken 52]
13. 1.00 stk Diverse Kl:grijs slotentrekker
18. 1.00 stk Gereedschap Kl:blauw [nummer 5] vagscanner obd 2
22. 1.00 stk Gereedschap om sloten mee open te maken
52. 1.00 stk Munitie Kl;zwart Winchester
57. 1.00 stk Gaspistool Kl:zwart Colt pak [nummer 6] .
Gelast de
teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen,
te weten:
36. 1.00 stk USB-stick Kl:blauw EMTEC
80. 1.00 stk Personenauto [kenteken 53] Volkswagen Golf Cabrio ‘85 Kl:blauw
1. stk sleutelbos met hieraan 7 sleutels
32. 1.00 stk Kentekenbewijs deel I [kenteken 54] ducati
33. 1.00 stk Sleutel Volkswagen Auto behoort bij vw golf met kenteken [kenteken 53]
34. 1.00 stk Sleutelbos, aangetroffen in vw golf 3 cabrio (3 dingen aan bos)
91. 1.00 stk Bon Factuur boot, voor aankoop smb bayliner 1850 tnv [naam 1]
98. 1.00 stk Motorfiets [kenteken 54] , Ducati H3, 748 R Kl: rood
37. Geld div coupures, totaal 665 euro
35. Geld Nederlands 16 van 50
88. Geld Nederlands 1 x 500
89. Geld Nederlands 3 x 50
90. Geld Nederlands 1 x 5
Gelast de
teruggaveaan rechthebbende van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
5a. 1.00 stk Navigatieapparaat TOMTOM [nummer 7] ( [benadeelde 9] )
8. 1.00 stk Navigatieapparaat Kl:zwart ROUTE 66 [nummer 8] ( [slachtoffer 3] )
7. 1.00 stk Navigatieapparaat TOMTOM ONE [nummer 9] incl. zwart tasje ( [benadeelde 7] )
99. 1.00 stk Band, band voor achter boot ( [slachtoffer 28] )
Gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbendevan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
4a. 1.00 stk Navigatieapparaat TOMTOM [nummer 10]
6. 1.00 stk Navigatieapparaat Kl:zilver TOMTOM [nummer 11]
21. 1.00 stk Sleutel Kl:zwart Ford Transit, voorzien van hanger met kenteken [kenteken 55]
51. 1.00 stk Navigatieapparaat Kl:zwart Pioneer [nummer 12]
66. 1.00 stk Toerenteller Kl:zwart Volkswagen [nummer 13]
3. 3.00 stk Pas, chipknip acceptantenpas
4. 2.00 stk Diverse Kl:zwart Deurbekleding Volkswagen linker- en rechterachterzijde
5. 1.00 stk Dashboard Kl:zwart met inhoud
6. 1.00 stk Diverse Kl:zwart Deurbekleding linkervoorportier
7. 1.00 stk Airbag Volkswagen [nummer 14]
1b. 1.00 stk Motoronderdeel Kl:zwart Autocomputer VW [nummer 15]
2b. 1.00 stk Motoronderdeel Kl:zwart Autocomputer VW
3b. 1.00 stk motoronderdeel Kl:zwart getrieve steuergerat
4b. 1.00 stk Motoronderdeel Kl:grijs [nummer 16]
12. 1.00 stk Autoklok Kl:zwart Volkswagen
15. 1.00 stk Navigatieapparaat Pioneer [nummer 17]
16. 1.00 stk Afstandsbediening
24. 1.00 stk Computer KL:zwart Autocomputer Bosch
92. 1.00 stk Registratiebewijs [nummer 18] reg. Bewijs oor boot [kenteken 56] tnv [naam 10]
93. 1.00 stk Documentenmap, map met onderhoudspapieren boot [kenteken 56]
94 1.00 stk Registratiebewijs [nummer 19] , aangetroffen in boot, kenteken [kenteken 57] tnv [naam 11]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 2] ter zake van het onder 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 530,59 (vijfhonderddertig euro en negenenvijftig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededader, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de ander daarvan in zoverre zal zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 10 april 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 2] , een bedrag te betalen van
€ 530,59 (vijfhonderddertig euro en negenenvijftig cent) als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 april 2011 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
10 (tien) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededader van de verdachte voormeld bedrag heeft betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichting tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 1] ter zake van het onder 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 115, 35 (honderdvijftien euro en vijfendertig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededader, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de ander daarvan in zoverre zal zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd
[benadeelde 1] , een bedrag te betalen van
€ 115,35 (honderdvijftien euro en vijfendertig cent) als vergoeding voor materiële schade,bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
2 (twee) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover de mededader heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededader van de verdachte voormeld bedrag heeft betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichting tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 3] ter zake van het onder 1 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 3.996,37 (drieduizend negenhonderdzesennegentig euro en zevenendertig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 3] , een bedrag te betalen van
€ 3.996,37 (drieduizend negenhonderdzesennegentig euro en zevenendertig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
49 (negenenveertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Overige vorderingen van de benadeelde partijen
Verklaart de benadeelde partijen [benadeelde 4] , [benadeelde 9] , [benadeelde 22] , [benadeelde 6] ,
[benadeelde 17] , [benadeelde 18] , [benadeelde 21] , [benadeelde 5] en [benadeelde 13] ,
[benadeelde 14] , [benadeelde 15] , [benadeelde 7] , [benadeelde 23] , [benadeelde 20] , [benadeelde 11]
, [benadeelde 12] , [benadeelde 19] , [benadeelde 8] B.V., [benadeelde 24] B.V., [benadeelde 10] NV en [benadeelde 16] B.V. in hun vordering tot schadevergoeding niet-ontvankelijk en bepaalt (voor zover aan de orde) dat zij hun vordering slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. G. Oldekamp, mr. H.S.G. Verhoeff en mr. M.J.A. Plaisier, in tegenwoordigheid van
mr. P.M. Huizenga, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
19 december 2013.
=========================================================================
[…]