Uitspraak
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
zij op of omstreeks 29 mei 2010 te Volendam, gemeente Edam-Volendam, in elke geval in Nederland opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 4] in het openbaar heeft beledigd door voornoemde [slachtoffer 4], in diens/dier tegenwoordigheid mondeling de woorden "Hoerenloper", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking, toe te voegen;
zij op een of meer tijdstippen gelegen in of omstreeks de periode 24 juni 2010 tot en met 14 oktober 2010 te Volendam, gemeente Edam-Volendam, in elk geval in Nederland (meermalen) opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6], in het openbaar mondeling heeft beledigd, door voornoemde [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] de woorden "Lelijke kleine hoer, straks komen er nog veel meer Aarten. Je lijkt wel een mongool" althans woorden van gelijke strekking toe te voegen;
zij op of omstreeks 04 oktober 2010 te Volendam, gemeente Edam-Volendam, in elk geval in Nederland opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 7], in het openbaar mondeling heeft beledigd, door voornoemde [slachtoffer 7] de woorden "Vieze dronken smeerlap", althans woorden van gelijk strekking toe te voegen;
Vonnis waarvan beroep
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
Voorwaardelijk verzoek
Bewezenverklaring
zij op 29 mei 2010 te Volendam, opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 4] in het openbaar heeft beledigd door voornoemde [slachtoffer 4], in diens tegenwoordigheid mondeling de woorden "Hoerenloper" toe te voegen;
zij op tijdstippen gelegen in de periode 24 juni 2010 tot en met 14 oktober 2010 te Volendam, meermalen opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6], in het openbaar mondeling heeft beledigd, door voornoemde [slachtoffer 6] de woorden "Lelijke kleine hoer, straks komen er nog veel meer Aarten. Je lijkt wel een mongool" althans woorden van gelijke strekking toe te voegen;
zij op 4 oktober 2010 te Volendam, opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 7], in het openbaar mondeling heeft beledigd, door voornoemde [slachtoffer 7] de woorden "Vieze dronken smeerlap".
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Voorts houdt de rechtbank in het voordeel van de verdachte rekening met een aantal klachten
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 7]
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of ten behoeve van het vaststellen van haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
€ 400,00 (vierhonderd euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 400,00 (vierhonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
8 (acht) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 200,00 (tweehonderd euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 200,00 (tweehonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
4 (vier) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 100,00 (honderd euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 100,00 (honderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
2 (twee) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.