Uitspraak
Onderzoek van de zaak
29 mei 2013 en 26 augustus 2014, en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzittingen in eerste aanleg.
Tenlasteleggingen
13-400484-09ten laste gelegd dat:
Feit 3hij op of omstreeks 20 maart 2009 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk beledigend (een) ambtena(a)r(en), te weten [verbalisant 1], brigadier van politie, en/of [verbalisant 2], adspirant agent van politie, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar/hun bediening, in diens/dier tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Vuile kankerjood, vuile kankerjoden, ik maak je af. Ik pak jullie wel." en/of "Ik maak jullie af! Ik ga jullie pakken." en/of "Kankerjood! Hoer! Ik pak jullie! Ik ga jullie vinden.", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
13-851467-09is aan de verdachte ten laste gelegd:
Vonnis waarvan beroep
Verweren ten aanzien van feit 2
Bewezenverklaring
13-400484-09 onder 1, 2 en 3 en in de gevoegde zaak met parketnummer 13-851467-09 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Feit 3hij op 20 maart 2009 te Amsterdam opzettelijk beledigend ambtenaren, te weten [verbalisant 1], brigadier van politie, en [verbalisant 2], adspirant agent van politie, gedurende de rechtmatige uitoefening van hun bediening, in dier tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Vuile kankerjood, vuile kankerjoden" en "Kankerjood. Hoer";
Nadere bewijsoverweging
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant 2]
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant 1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Vordering tenuitvoerlegging
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden.
€ 150,00 (honderdvijftig euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 150,00 (honderdvijftig euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
3 (drie) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 600,00 (zeshonderd euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
[verbalisant 1], een bedrag te betalen van
€ 600,00 (zes honderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
12 (twaalf) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf
mr. M.E. Olthof, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
9 september 2014.