ECLI:NL:GHAMS:2014:595

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
3 maart 2014
Publicatiedatum
4 maart 2014
Zaaknummer
23-002865-13
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van het voorhanden hebben van vuurwapens en witwassen van uit misdrijf afkomstige goederen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 3 maart 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De verdachte was beschuldigd van het voorhanden hebben van vuurwapens en het witwassen van uit misdrijf verkregen goederen. De tenlastelegging omvatte onder andere het voorhanden hebben van een Taurus pistool en een Glock pistool, alsook het bezit van valse identiteitsdocumenten en het omzetten van geldbedragen die afkomstig waren uit misdrijf. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op 22 februari 2013 in Rotterdam samen met een medeverdachte een aantal vuurwapens en munitie voorhanden heeft gehad. Tevens heeft de verdachte geldbedragen en goederen verworven die uit misdrijf afkomstig waren, waaronder een televisie, stofzuiger en andere aankopen. Het hof heeft de bewijsvoering van de raadsman verworpen en geoordeeld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, maar het hof heeft deze straf verlaagd naar negen maanden. Het hof heeft ook de verbeurdverklaring van in beslag genomen goederen bevolen, terwijl het de verdachte heeft vrijgesproken van enkele andere ten laste gelegde feiten. De uitspraak benadrukt de ernst van het voorhanden hebben van vuurwapens en de gevolgen van witwassen voor de samenleving.

Uitspraak

parketnummer: 23-002865-13
datum uitspraak: 3 maart 2014
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 7 juni 2013 in de strafzaak onder parketnummer 13-730007-13 tegen
[verdachte],
geboren te[geboorteplaats] op [geboortedatum],
adres: [adres],
thans uit anderen hoofde gedetineerd in PI Rijnmond De Schie Bijzondere Afd. te Rotterdam.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 17 februari 2014, en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Gelet op de in eerste aanleg door de rechtbank toegelaten wijziging is aan de verdachte ten laste gelegd dat:
1:
hij op of omstreeks 22 februari 2013 te Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een of meer wapen(s) van categorie III, te weten een (doorgeladen) pistool (Taurus PT609 PRO 9mm x 19) (met verwijderd serienummer), en/of munitie van categorie III, te weten 12, in elk geval een of meer, (subsonisch(e)) patro(o)n(en) (9mm x 19 volmantel rondneus, PMP en/of Sellier & Bellot) (in de kamer en/of in het patroonmagazijn van voornoemd Taurus pistool) en/of 56, in elk geval een of meer, patro(o)n(en) (9mm x 19, GFL en/of MRP en/of Sellier & Bellot en/of PMP) (in een plastic zak) en/of 47, in elk geval een of meer, patro(o)n(en) (.45 Auto Sellier & Bellot) (in een plastic zak), voorhanden heeft gehad;
2:
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2013 tot en met 22 februari 2013, te Rotterdam en/of Utrecht, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een voorwerp, te weten een geldbedrag van ongeveer EUR 3948,00 (betaalde openstaande boetes) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 1650,00 (aanbetaling meubels) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 122,96 (aankopen Mediamarkt) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 324,39 (aankopen Praxis) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 39,05 (aankopen Xenos) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 2850,00 (huur woning) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 1069,30 en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 3980,-, althans enig geldbedrag, en/of een televisie (Panasonic, waarde EUR 2599,88) en/of een stofzuiger (Dyson, waarde EUR 449,00) en/of een strijkijzer (Siemens, waarde EUR 299,00) en/of een koffiezetapparaat (Nespresso, waarde EUR 449,00) en/of een speelgoedauto (Ferrari, waarde EUR 279,99), heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet, althans van een of meer voorwerp(en), te weten een geldbedrag van ongeveer EUR 3948,00 (betaalde openstaande boetes) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 1650,00 (aanbetaling meubels) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 122,96 (aankopen Mediamarkt) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 324,39 (aankopen Praxis) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 39,05 (aankopen Xenos) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 2850,00 (huur woning) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 1069,30 en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 3980,00, althans enig geldbedrag, en/of een televisie (Panasonic, waarde EUR 2599,88) en/of een stofzuiger (Dyson, waarde EUR 449,00) en/of een strijkijzer (Siemens, waarde EUR 299,00) en/of een koffiezetapparaat (Nespresso, waarde EUR 449,00) en/of een speelgoedauto (Ferrari, waarde EUR 279,99), gebruik heeft gemaakt, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
3:
hij op of omstreeks 22 februari 2013 te Rotterdam opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een niet op zijn naam gesteld reisdocument, te weten een Belgische identiteitskaart met nummer [nummer] op naam van[naam betrokkene], welk gebruik hierin bestond dat verdachte zich heeft gelegitimeerd met voornoemde Belgische identiteitskaart op naam van[naam betrokkene], waarvan verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het vals of vervalst was, bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat het hele onderzochte document, met uitzondering van het op de voorzijde aangebrachte folie, een nabootsing is van een echt document van dit model en/of het basismateriaal bij aanstraling met een ultraviolette lichtbron een luminescentie vertoont die afwijkt ten opzichte van die van een origineel exemplaar en/of in tegenstelling tot een origineel exemplaar de chip niet in het basismateriaal is geïntegreerd en/of de variabele gegevens, dus de persoons- en afgiftegegevens van de pasfoto van de houder, middels een printer zijn aangebracht, terwijl de variabele gegevens van een origineel, middels lasergravure zijn aangebracht;
en/of
hij op of omstreeks 22 februari 2013 te Rotterdam in het bezit was van een Belgische identiteitskaart met nummer[nummer] op naam van [betrokkene 2], in elk geval van een reisdocument, waarvan verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het vals of vervalst was, bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat het hele onderzochte document, met uitzondering van het op de voorzijde aangebrachte folie, een nabootsing is van een echt document van dit model en/of het basismateriaal bij aanstraling met een ultraviolette lichtbron een luminescentie vertoont die afwijkt ten opzichte van die van een origineel exemplaar en/of in tegenstelling tot een origineel exemplaar de chip niet in het basismateriaal is geïntegreerd en/of de variabele gegevens, dus de persoons- en afgiftegegevens van de pasfoto van de houder, middels een printer zijn aangebracht, terwijl de variabele gegevens van een origineel, middels lasergravure zijn aangebracht;
4:
hij op of omstreeks 22 februari 2013 te Rotterdam opzettelijk heeft afgeleverd en/of voorhanden gehad een vals(e) of vervalst(e) Belgisch rijbewijs met nummer[nummer] op naam van [betrokkene 2] - zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat dit geschrift bestemd was voor gebruik als ware het echt en onvervalst, immers is het hele document een nabootsing van een echt document van dit model, inclusief de toegepaste productietechnieken, ogenschijnlijk aanwezige echtheids- en beveiligingskenmerken en gebruikt basismateriaal en/of vertoont het document bij aanstraling met een ultraviolette lichtbron een luminescentie die geheel afwijkt van die van een origineel exemplaar en/of is het document voorzien van een nagebootst watermerk en/of komt het document qua afmetingen niet overeen met een origineel exemplaar en/of mist in onderlinge vergelijking met een hier voorhanden zijnd specimen de basisbedrukking van dit rijbewijs detaillering;
5:
hij op of omstreeks 22 februari 2013 te Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een of meer wapen(s) van categorie III, te weten een (doorgeladen) pistool (Glock 19C 9mm x 19) (met verwijderd serienummer), en/of munitie van categorie III, te weten 15, in elk geval een of meer, (subsonisch(e)) patro(o)n(en) (9mm x 19 volmantel vlakneus, Sellier & Bellot) (in de kamer en/of in het patroonmagazijn van voornoemd Glock pistool), voorhanden heeft gehad.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat het hof tot een andere bewezenverklaring en strafoplegging komt dan de rechtbank.

Bespreking van gevoerde bewijsverweren

Taurus
De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep vrijspraak van het onder 1 ten laste gelegde bepleit, voor zover met betrekking tot het voorhanden hebben van het pistool van het merk Taurus. De raadsman heeft daartoe – onder overlegging van pleitnotities – betoogd, kort gezegd, dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat de verdachte de Taurus, die aan de voormalige medeverdachte[medeverdachte] toebehoorde, als medepleger voorhanden heeft gehad. De verdachte was niet op de hoogte van de aanwezigheid van de Taurus in de rugleuning van de bijrijdersstoel van zijn auto en had daarover geen beschikkingsmacht, aldus de raadsman.
Het hof overweegt als volgt.
Ter terechtzitting in hoger beroep is als getuige gehoord[medeverdachte], bij welke gelegenheid de getuige heeft verklaard dat hij op 22 februari 2013 met de verdachte had afgesproken samen naar de opticien te gaan. In het centrum van Rotterdam is de getuige in de auto van de verdachte gestapt en zijn de getuige en de verdachte naar de opticien gereden. De verdachte zat achter het stuur en de getuige stapte rechtsachter in, achter de bijrijdersstoel. De getuige heeft verklaard dat de Taurus van hem was en dat hij het pistool bij zich droeg toen hij in de auto stapte.
Volgens de getuige wist de verdachte niet dat de getuige een vuurwapen bij zich had. De getuige had een vermoeden dat de verdachte ook een vuurwapen bij zich had, maar wist dat pas toen hij zag dat de verdachte een vuurwapen (hetgeen later een Glock bleek te zijn) in de opbergruimte in de achterzijde van de rugleuning van de bijrijdersstoel stopte. De getuige heeft daaropvolgend ook zijn wapen, de Taurus, in (de opbergruimte in de achterzijde van) de rugleuning opgeborgen. Toen de verdachte bij de opticien de auto had geparkeerd, heeft de getuige de bergruimte in achterzijde van de rugleuning geopend en de twee vuurwapens daaruit gepakt en de Glock aan de verdachte gegeven, om vervolgens samen naar de opticien te gaan. Toen zij terugkwamen van de opticien merkte de verdachte op dat vlakbij zijn auto een politie auto stond geparkeerd. De getuige en de verdachte hebben daarop, toen zij in de auto waren gestapt, wederom hun vuurwapens in opbergruimte in achterzijde van de rugleuning van de bijrijdersstoel gestopt, eerst de verdachte en daarna de getuige, waarna de getuige deze opbergruimte heeft dichtgeduwd.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij wist dat [medeverdachte] een vuurwapen bij zich had, maar dat hij de Taurus niet heeft gezien. Omdat de verdachte achter het stuur zat en zijn arm naar achteren strekte om zijn Glock in de op dat moment geopende ruimte van de rugleuning te werpen, heeft hij niet gezien dat ook[medeverdachte] zijn vuurwapen in de hiervoor bedoelde opbergruimte van de rugleuning had gestopt.
Het hof stelt vooreerst op grond van de voorgaande verklaringen van[medeverdachte] en de verdachte vast dat zij bewust waren van de aanwezigheid van elkaars (vuur)wapen. Voorts hebben de verdachte en [medeverdachte] samen in de auto van de verdachte gereden, hebben zij samen de opticien bezocht en zijn zij samen in en uit de auto gestapt. In die betrekkelijk korte tijd hebben de verdachte en [medeverdachte], ten minste tweemaal hun (vuur)wapens in de opbergruimte van de rugleuning van de bijrijdersstoel gestopt en eruit gehaald, waarbij [medeverdachte] de (vuur)wapens telkens eruit haalde en het wapen van de verdachte aan de verdachte gaf. Het voorgaande levert naar het oordeel van het hof een bewuste en nauwe samenwerking op van het voorhanden hebben van beide (vuur)wapens, waarbij de verdachte en [medeverdachte] mede de beschikkingsmacht hadden over beide/elkanders wapens toen die in de achterzijde van de rugleuning waren verstopt.
Het hof verwerpt dan ook het verweer van de raadsman.
Witwassen
Onder 2 is aan de verdachte ten laste gelegd, kort gezegd, het witwassen van uit misdrijf afkomstige geldbedragen en goederen.
Het hof is met de rechtbank van oordeel dat het dossier ten aanzien van het ten laste gelegde witwassen van geldbedragen aan betaalde boetes van € 3948,00, geen wettig en overtuigend bewijs bevat, zodat de verdachte daarvan vrijgesproken dient te worden.
De raadsman heeft ten aanzien van het overige onder 2 ten laste gelegde aangevoerd dat geen sprake is van een gedraging gericht op het verhullen dan wel verbergen van de criminele herkomst, hetgeen volgens de raadsman primair tot vrijspraak dient te leiden, subsidiair tot ontslag van alle rechtsvervolging.
Het hof is van oordeel dat het door de raadsman gevoerde verweer niet in de weg staat aan het wettig en overtuigend bewezen verklaren van het ten laste gelegde witwassen. Het subsidiair aangevoerde, strekkende tot ontslag van rechtsvervolging, zal hierna bij de strafbaarheid van het bewezen verklaarde worden besproken.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1:
hij op 22 februari 2013 te Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander een wapen van categorie III, te weten een doorgeladen pistool (Taurus PT609 PRO 9mm x 19) met verwijderd serienummer, en munitie van categorie III, te weten 12 patronen (9mm x 19 volmantel rondneus, PMP en/of Sellier & Bellot) in de kamer en in het patroonmagazijn van voornoemd Taurus pistool en 56 patronen (9mm x 19, GFL en/of MRP en/of Sellier & Bellot en/of PMP) en 47 patronen (.45 Auto Sellier & Bellot) in een plastic zak voorhanden heeft gehad;
2:
hij in de periode van 1 januari 2013 tot en met 22 februari 2013, te Rotterdam een geldbedrag van ongeveer € 1650,00 (aanbetaling meubels) en een geldbedrag van € 122,96 (aankopen Mediamarkt) en een geldbedrag van € 324,39 (aankopen Praxis) en een geldbedrag van € 39,05 (aankopen Xenos) en een geldbedrag van € 2850,00 (huur woning) en een geldbedrag van € 1069,30 en een geldbedrag van ongeveer € 3980,00 (een televisie (Panasonic, waarde € 2599,88) en een stofzuiger (Dyson, waarde € 449,00) en een strijkijzer (Siemens, waarde € 299,00) en een koffiezetapparaat (Nespresso, waarde € 449,00) en een speelgoedauto (Ferrari, waarde € 279,99), voorhanden heeft gehad en heeft omgezet, terwijl hij wist dat bovenomschreven voorwerpen - onmiddellijk of middellijk – afkomstig waren uit enig misdrijf;
3:
hij op 22 februari 2013 te Rotterdam opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een niet op zijn naam gesteld reisdocument, te weten een Belgische identiteitskaart met nummer [nummer] op naam van[naam betrokkene], welk gebruik hierin bestond dat verdachte zich heeft gelegitimeerd met voornoemde Belgische identiteitskaart op naam van[naam betrokkene], waarvan verdachte wist dat het vals was, bestaande die valsheid hierin dat het hele onderzochte document, met uitzondering van het op de voorzijde aangebrachte folie, een nabootsing is van een echt document van dit model en het basismateriaal bij aanstraling met een ultraviolette lichtbron een luminescentie vertoont die afwijkt ten opzichte van die van een origineel exemplaar en in tegenstelling tot een origineel exemplaar, de chip niet in het basismateriaal is geïntegreerd en de variabele gegevens, dus de persoons- en afgiftegegevens van de pasfoto van de houder, middels een printer zijn aangebracht, terwijl de variabele gegevens van een origineel middels lasergravure zijn aangebracht;
en
hij op 22 februari 2013 te Rotterdam in het bezit was van een Belgische identiteitskaart met nummer [nummer] op naam van [betrokkene 2], een reisdocument waarvan verdachte wist dat het vals of vervalst was, bestaande die valsheid hierin dat het hele onderzochte document, met uitzondering van het op de voorzijde aangebrachte folie, een nabootsing is van een echt document van dit model en het basismateriaal bij aanstraling met een ultraviolette lichtbron een luminescentie vertoont die afwijkt ten opzichte van die van een origineel exemplaar en in tegenstelling tot een origineel exemplaar, de chip niet in het basismateriaal is geïntegreerd en de variabele gegevens, dus de persoons- en afgiftegegevens van de pasfoto van de houder, middels een printer zijn aangebracht, terwijl de variabele gegevens van een origineel middels lasergravure zijn aangebracht;
4:
hij op 22 februari 2013 te Rotterdam opzettelijk voorhanden heeft gehad een vals Belgisch rijbewijs met nummer [nummer] op naam van [betrokkene 2] - zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -, terwijl hij wist dat dit geschrift bestemd was voor gebruik als ware het echt en onvervalst, immers is het hele document een nabootsing van een echt document van dit model, inclusief de toegepaste productietechnieken, ogenschijnlijk aanwezige echtheids- en beveiligingskenmerken en gebruikt basismateriaal en vertoont het document bij aanstraling met een ultraviolette lichtbron een luminescentie die geheel afwijkt van die van een origineel exemplaar en is het document voorzien van een nagebootst watermerk en komt het document qua afmetingen niet overeen met een origineel exemplaar of mist in onderlinge vergelijking met een hier voorhanden zijnd specimen de basisbedrukking van dit rijbewijs detaillering;
5:
hij op 22 februari 2013 te Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander, een wapen van categorie III, te weten een doorgeladen pistool (Glock 19C 9mm x 19 met verwijderd serienummer), en munitie van categorie III, te weten 15 subsonische patronen (9mm x 19 volmantel vlakneus, Sellier & Bellot) in de kamer en in het patroonmagazijn van voornoemd Glock pistool, voorhanden heeft gehad.
Hetgeen onder 1, 2, 3, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Bespreking van een gevoerd verweer ten aanzien van het onder 2 bewezen verklaarde
De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep vrijspraak, dan wel ontslag van alle rechtsvervolging van de verdachte ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde witwassen van geldbedragen en voorwerpen bepleit. Daartoe heeft de raadsman, kort gezegd, aangevoerd dat de ten laste gelegde geldbedragen en goederen afkomstig zijn uit eigen misdrijf van de verdachte en voorts, dat sprake is van het enkele voorhanden hebben van die geldbedragen en goederen zonder enige gedraging gericht op het verhullen of het verbergen van de criminele herkomst daarvan.
Het hof overweegt als volgt.
Contant geldbedrag van €1069,30
Een gedraging kan niet als witwassen worden gekwalificeerd, indien vaststaat dat het enkele voorhanden hebben door de verdachte van een voorwerp dat afkomstig is uit een door hemzelf begaan misdrijf, niet kan hebben bijgedragen aan het verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat voorwerp.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat de in de tenlastelegging genoemde geldbedragen, aankopen, betalingen en goederen aan hem toebehoren, dat zij afkomstig zijn van geld dat door de verdachte “niet eerlijk is verdiend”.
Op 22 februari 2013 is bij de fouillering na aanhouding van de verdachte een contant geldbedrag van € 1069,30 aangetroffen. Het hof is van oordeel dat te dien aanzien sprake is van het ‘enkel’ voorhanden hebben van geld verkregen uit eigen misdrijf, terwijl niet is gebleken van een gedraging die heeft bijgedragen aan het verbergen of verhullen van de criminele herkomst. Het hof zal de verdachte dan ook ontslaan van alle rechtsvervolging ten aanzien van het witwassen van voornoemd geldbedrag van € 1069,30.
Contant geldbedrag van € 3.980,00
Ten aanzien van het contante geldbedrag van € 3980,00 overweegt het hof als volgt.
Blijkens het proces-verbaal van 26 april 2013, opgemaakt door verbalisant T-108 (dossierpagina’s 25 en 26) werd bij nader onderzoek in de auto van het merk BMW waarin de verdachte reed, onder andere, contant geld tot een bedrag van € 3980,00 gevonden. Het geld zat in een ruimte in de achterzijde van de rugleuning van de bijrijdersstoel. De ruimte kon worden bereikt door de achterzijde van de rugleuning los te trekken. Uit de in het dossier op pagina 173 opgenomen bovenste foto en met name de daarop zichtbare onafgewerkte achterzijde van de bijrijdersstoel, leidt het hof af dat het daarbij geen van fabriekswege aangebrachte opbergmogelijkheid betrof.
Artikel 420bis luidt voor zover in dit kader relevant:
1.
Als schuldig aan witwassen wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie:
a. hij die van een voorwerp (…) de vindplaats (…) verbergt of verhult (…) of het voorhanden heeft, terwijl hij weet dat het voorwerp – onmiddellijk of middellijk – afkomstig is uit enig misdrijf;
Door het openbaar ministerie is in de onderhavige strafzaak slechts het
voorhandenhebben van het geld en niet tevens het
verbergen of verhullenvan de
vindplaatsvan het geld ten laste gelegd. Het verbergen van het geld in de bergplaats in de BMW is een gedraging die gericht is op het verhullen van de vindplaats van het uit misdrijf verkregen geld, maar niet tevens van het verhullen van de criminele herkomst ervan.
Het ‘voorhanden hebben’ kan niet als witwassen worden gekwalificeerd, indien vaststaat dat het enkele voorhanden hebben door de verdachte van een voorwerp dat afkomstig is uit een door hemzelf begaan misdrijf, niet kan hebben bijgedragen aan het verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat voorwerp. Het hof is van oordeel dat het bewezen verklaarde voorhanden hebben ten aanzien van het geldbedrag van € 3980,00 niet kan worden gekwalificeerd als witwassen.
Overige goederen
Ten aanzien van het overige onder 2 bewezen verklaarde, te weten aanbetaling van meubels, betaalde huur voor woning, aankopen bij de Mediamarkt, Praxis, Xenos en goederen (televisie, stofzuiger, strijkijzer, koffiezetapparaat, speelgoedauto) geldt dat sprake is van omzetten van geld verkregen uit misdrijf. Anders dan de raadsman ter terechtzitting in hoger beroep heeft betoogd, kan uit de bestaande jurisprudentie niet worden afgeleid dat het vereiste van een gedraging gericht op het verhullen en verbergen van de criminele herkomst, ook bij het omzetten (artikel 420 lid 1 onder b Sr.) van voorwerpen door de verdachte verkregen uit eigen misdrijf van toepassing is.
Het verweer van de raadsman wordt verworpen.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het onder 1, 2, 3, 4 en 5 bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Het onder 2 bewezen verklaarde, met uitzondering van de geldbedragen van € 1069,30 en € 3980,00, levert op:
witwassen.
Het onder 3 bewezen verklaarde levert op:
opzettelijk gebruik maken van een niet op zijn naam gesteld reisdocument
en
in het bezit zijn van een reisdocument waarvan hij weet, dat het vals is.
Het onder 4 bewezen verklaarde levert op:
opzettelijk een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, voorhanden hebben, terwijl hij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst.
Het onder 5 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.

Strafbaarheid van de verdachte

Psychische overmacht
De raadsman heeft ter terechtzitting in hoger beroep namens de verdachte een beroep gedaan op psychische overmacht ten aanzien van het als feit 3, 4 en 5 bewezen verklaarde. Daartoe heeft de raadsman, kort gezegd, aangevoerd dat de verdachte zich in een levensbedreigende situatie bevond waardoor hij zich genoodzaakt voelde een vuurwapen en de valse identiteitsbewijzen aan te schaffen ter zelfbescherming. Gezien de uitzonderlijke grote mate van bedreiging en angstgevoelens als gevolg daarvan, kon redelijkerwijs niet van de verdachte gevergd worden dat hij weerstand bood tegen de drang zich te bewapenen en valse identiteitspapieren bij zich te hebben, aldus de raadsman.
Het hof overweegt als volgt.
Het hof acht niet aannemelijk geworden dat sprake is geweest van een zodanige psychische druk, bij de verdachte dat van hem redelijkerwijs niet kon worden verwacht dat hij weerbestand bood tegen de drang zich te bewapenen en een valse identiteitspapieren bij zich te hebben. Het enkele bestaan van de gestelde levensbedreigende situatie is hiertoe onvoldoende. Er stonden voor hem andere wegen open zich tegen anderen teweer te stellen, bijvoorbeeld door bij de politie hulp te vragen tegen zijn vermeende belagers. Dat hij van die mogelijkheden geen gebruik heeft gedaan om hem moverende redenen - ter terechtzitting in hoger beroep heeft hij verklaard niet naar het buitenland te hebben durven vluchten, omdat hij dan het risico zou lopen aangehouden te worden door buitenlandse autoriteiten – komt geheel voor zijn rekening.
Het beroep op psychische overmacht wordt verworpen.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het onder 1, 2, 3, 4 en 5 bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straffen en maatregel

De rechtbank Amsterdam heeft de verdachte voor het als feit 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden met aftrek overeenkomstig artikel 27 en verbeurdverklaring van in beslag genomen goederen.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straffen en maatregel als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straffen en maatregel bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte.
Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan (het medeplegen van) het voorhanden hebben van vuurwapens en in totaal 83 patronen van categorie III van de Wet wapens en munitie. De pistolen die de verdachte met zijn mededader voorhanden heeft gehad waren doorgeladen, hetgeen een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich brengt.
Voorts heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het gebruik maken en voorhanden hebben van valse reisdocumenten/identiteitsbewijs. Door zijn handelen heeft de verdachte een inbreuk gemaakt op het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer in de juistheid van dergelijke geschriften, in het bijzonder van overheidswege verstrekte identiteitsbewijzen, gesteld moeten kunnen worden.
Daarnaast heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan witwassen. Witwassen vormt een ernstige bedreiging van de legale economie en tast de integriteit van het financiële en economische verkeer aan. Geld dat wordt verdiend door het plegen van strafbare feiten heeft een ontwrichtende werking op de samenleving.
Blijkens een de verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 13 februari 2014 is de verdachte eerder onherroepelijk veroordeeld. De eerdere onherroepelijke veroordelingen betreffen verkeersovertredingen en feiten gepleegd in 2003, respectievelijk 2005.
Het hof komt tot een lagere straf dan door de rechtbank is opgelegd en door de advocaat-generaal is gevorderd, mede gelet op hetgeen in soortgelijke gevallen pleegt te worden opgelegd.
Het hof acht, alles afwegende, een gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden.
Het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde en bewezen verklaarde is begaan met betrekking tot de hierna te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen. Zij behoren de verdachte toe. Zij zullen daarom worden verbeurd verklaard.
De hierna te noemen in beslag genomen voorwerpen, die nog niet zijn teruggegeven, behoren aan de verdachte toe. Zij zijn bij gelegenheid van het onderzoek naar het onder 1, 2, 3, 4 en 5 begane misdrijf aangetroffen. Zij zullen worden onttrokken aan het verkeer aangezien zij van zodanige aard zijn, dat het ongecontroleerde bezit van die voorwerpen in strijd is met het algemeen belang en de wet en zij kunnen dienen het begaan.
De overige goederen, waaronder het onder de verdachte in beslag genomen contant geld van € 1069,30, en €3980,00 (feit 2) dienen aan de verdachte te worden teruggegeven.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straffen en maatregel zijn gegrond op de artikelen 33, 33a, 36b, 36d, 47, 57, 225, 231 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 2 bewezen verklaarde, voor zover met betrekking tot het geldbedrag van € 1069,30 en €3980.00 niet strafbaar en ontslaat de verdachte te dien aanzien van alle rechtsvervolging.
Verklaart het overige onder 1, 2, 3, 4 en 5 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
  • 2013044948 1 1.00 STK Televisie Kleur Kl:zwart PANASONIC 3D Active TX-P65VT50 4477934;incl zak met afstandbed./bekabeling
  • 2013044948 2 1.00 STK Stofzuiger Kl:grijs zwrt DYSON Ball DC36 4477937 incl slang en 5 opzetstukken
  • 2013044948 3 1.00 STK Koffiezetapparaat Kl:grijs NESPRESSO magimix 4477938
  • 2013044948 4 1.00 STK Strijkijzer Kl:grijs SIEMENS Slider, 4477940
  • 2013044948 5 1.00 STK Speelgoed Kl:rood Nieuwe ferrari speelgoedauto in doos 4480857
  • 2013044948 6 1.00 STK Afstandsbediening Kl:zwart 4474716; afstandsbediening [verdachte]
Beveelt de
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
  • 2013044948 14 1.00 STK Patroon Kl:zwart PI609CAL 9MM 4474439; onbekend aantal patronen in houder
  • 2013044948 15 1.00 STK Patroon LUGER PMP 9MM 4474443; los patroon
  • 2013044948 16 1.00 STK Pistool Kl:zwart TAURUS PT609PRO CAL 9MM PARA 4474446; forjas taurus s.a. made in brazil
  • 2013044948 17 1.00 STK Patroon 4474464; veel patronen in plastic zak div. soorten.
Gelast de
teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
  • 2013044948 1a 1.00 STK Zaktelefoon Kl:wit BLACKBERRY, 474444; zonder achterklepje
  • 2013044948 2a 1.00 STK Zaktelefoon Kl:zwart BLACKBERRY BOLD, 4474445;
  • 2013044948 3a Geld Euro 4474573; munt en briefgeld
  • 2013044948 7 1.00 STK Pet Kl:zwart NEW YORK PET NY, 4474717;
  • 2013044948 8, 1.00 STK Bon 4474720; aankoopbonnen[verdachte]
  • 2013044948 9 1.00 STK Simkaart van zaktelefoon Kl:wit T-MOBILE [simkaartnummer], 4474725;
  • 2013044948 10 1.00 STK Simkaart van zaktelefoon Kl:rood VODAFONE PREPAI [simkaartnummer], 4474730;
  • 2013044948 11 1.00 STK Papier Kl:wit 4474731; papier met aantekeningen
  • 2013044948 12 1.00 STK Niet te definiëren goederen Kl:wit, T-MOBILE 4474725; simkaarthouder [simkaartnummer]
  • 2013044948 13 1.00 STK Niet te definiëren goederen Kl:rood, VODAFONE 4474730; simkaarthouder vodafone [simkaartnummer]
  • 2013044948 18 Geld Euro 4474547; 40x50 euro 99x20 euro .
  • 2013044948 19 1.00 STK Papier Kl:blauw 4475565; met wat losse papiertjes en aantekeningen .
  • 2013044948 20 1.00 STK Boek Kl:blauw 4475566; notitieboekje met aantekeningen
  • 2013044948 21 1.00 STK Boek Kl:groen 4475568; notitieboekje met aantekeningen
  • 2013044948 22 1.00 STK Tas Kl:wit 4475684; met kleurige opdruk mediq.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. P. Greve, mr. R.C.P. Haentjens en mr. A.M.P. Geelhoed, in tegenwoordigheid van mr. D. Hwang, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 3 maart 2014.
[...]