Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 25 maart 2014 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel of een vordering, krachtens artikel 2.9A en/of 2.9 van de Algemene Plaatselijke Verordering 2008 der gemeente Amsterdam, in elk geval krachtens enig wettelijk voorschrift gedaan door of namens de burgemeester van Amsterdam, zijnde een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast en/of bevoegd verklaard tot het opsporen en/of onderzoeken van strafbare feiten, immers heeft verdachte toen en daar opzettelijk, nadat deze ambtenaar hem had bevolen, althans van hem had gevorderd zich voor duur van drie maanden te verwijderen uit en niet meer op te houden in overlastgebied 1 Centrum, geen gevolg gegeven aan dit bevel of die vordering;
hij op of omstreeks 25 maart 2014 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk beledigend een ambtenaar, te weten [verbalisant] (brigadier Politie Eenheid Amsterdam), bij geschrift mondeling heeft toegevoegd de woorden "Blanke meiden vernielen. Die kanker [verbalisant] met zijn kanker kinderen en kanker vrouw ik hoop dat ze verkracht worden. Ik ga slapen met [verbalisant] slapen in mijn hoofd. Ik wens geen antwoord te geven. Die kanker [verbalisant] zit in mijn hoofd. Die kanker [verbalisant]. Ik ga hem een pijp geven dan moet hij het roken gaat zijn kanker kind het zien dat hij het gaat roken. En ik loop waar ik wil, hoe ik wil en hoe laat ik wil. Ik hoop dat [verbalisant] een aanrijding krijgt met zijn hele gezin erin. Iedereen dood. Met alle kinderen erbij", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Vonnis waarvan beroep
Vordering van het openbaar ministerie
Vrijspraak
in het openbaarmondeling of bij geschrift en b)
door toegezonden of aangebodengeschrift ontbreken de hiervoor aangehaalde gecursiveerde bestanddelen in de tenlastelegging.