Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 14 november 2014 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een niet op zijn naam gesteld reisdocument of Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of een ander identiteitsbewijs dat afgegeven is door een dienst of organisatie van vitaal of nationaal belang, te weten een Nederlands paspoort op naam van [naam] ( geboren op [geboortedatum]), welk gebruik hierin bestond dat hij verdachte dat paspoort ter legitimatie en/of vaststelling identiteit heeft aangeboden en/of getoond aan een politieambtenaar;
hij op enig tijdstip gelegen in de periode van 14 november 2014 tot en met 07 januari 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, als vreemdeling heeft verbleven,terwijl hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat hij op grond van artikel 67 van de Vreemdelingenwet 2000, in elk geval op grond van enig wettelijk voorschrift,tot ongewenst vreemdeling was verklaard OF terwijl tegen hem een inreisverbod was uitgevaardigd met toepassing van artikel 66a, zevende lid, van de Vreemdelingenwet 2000.
Bewezenverklaring
hij op 14 november 2014 te Amsterdam opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een niet op zijn naam gesteld reisdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht, te weten een Nederlands paspoort op naam van [naam] (geboren op [geboortedatum]), welk gebruik hierin bestond dat hij verdachte dat paspoort ter legitimatie en/of vaststelling identiteit heeft aangeboden en/of getoond aan een politieambtenaar;
hij in de periode van 14 november 2014 tot en met 7 januari 2015 te Amsterdam als vreemdeling heeft verbleven, terwijl hij wist dat hij op grond van artikel 67 van de Vreemdelingenwet 2000 tot ongewenst vreemdeling was verklaard.
Bewijsmiddelen
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) maanden.