ECLI:NL:GHAMS:2017:1661

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 mei 2017
Publicatiedatum
2 mei 2017
Zaaknummer
23-002359-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake diefstal door twee of meer verenigde personen

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 2 mei 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1977 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, was eerder veroordeeld voor diefstal en heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 23 juni 2016. De tenlastelegging betrof diefstal van meerdere fietsen op 8 juni 2016 te Amsterdam, gepleegd in vereniging met anderen. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en kwam tot een andere bewezenverklaring. Het hof achtte wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan diefstal door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd. Het hof oordeelde dat er geen sprake was van diefstal met verbreking, omdat er geen schade was toegebracht aan de fietsen of de sloten. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken, waarbij de tijd in voorarrest in mindering werd gebracht. Daarnaast werd er een beslissing genomen over het beslag, waarbij enkele voorwerpen aan de verdachte werden teruggegeven en andere voorwerpen verbeurd werden verklaard. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, met de griffier aanwezig.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002359-16
datum uitspraak: 2 mei 2017
VERSTEK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 23 juni 2016 in de strafzaak onder parketnummer 13-702071-16 tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1977 (land onbekend),
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande,
adres: [adres] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 18 april 2017 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 08 juni 2016 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een of meerdere fietsen, geheel of ten dele toebehorend aan tot op heden onbekend gebleven personen, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot die fietsen heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen fietsen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere bewezenverklaring komt dan de politierechter.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 8 juni 2016 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen meerdere fietsen, toebehorend aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, of zijn mededader.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Nadere motivering

Het hof is, anders dan de politierechter, van oordeel dat van diefstal met verbreking geen sprake is. Braak en verbreking gaan gepaard met het toebrengen van schade. Uit het dossier volgt niet dat schade is toegebracht aan de weggenomen fietsen of aan de bijbehorende sloten. Weliswaar hebben de verdachte en/of zijn mededader gebruik gemaakt van een niet voor het openen van een fietsslot bestemd voorwerp, te weten een valse sleutel, maar dit is niet tenlastegelegd.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straffen

De politierechter in de rechtbank Amsterdam heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 weken, met aftrek van de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan de diefstal van twee fietsen, samen met een ander. Naar blijkt uit de stukken in het dossier heeft hij daarbij voorts gebruik gemaakt van een valse sleutel. Fietsendiefstal is een hinderlijk strafbaar feit, aangezien het ongemak en financiële schade oplevert voor de eigenaars van de fietsen.
Blijkens een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 4 april 2017 is hij eerder onherroepelijk veroordeeld ter zake van diefstal, hetgeen in zijn nadeel weegt.
Het hof acht, alles afwegende, een gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden.
Beslag
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof ten aanzien van het beslag dezelfde beslissing als de politierechter zal nemen, behalve ten aanzien van de schoudertas, waarvan zij verzoekt deze terug te geven aan de verdachte.
Het hof overweegt als volgt.
De op de beslaglijst vermelde in beslag genomen en niet teruggegeven pet zal aan de verdachte worden teruggegeven.
Ten aanzien van de in beslag genomen fietsen en het rijbewijs zal de bewaring ten behoeve van de rechthebbende worden gelast.
De overige op de beslaglijst vermelde goederen zijn in beslag genomen onder de verdachte bij zijn aanhouding ter zake van het ten laste gelegde feit en niet teruggegeven. Het hof beschouwt deze goederen - gelet op hun aard en de omstandigheden waaronder ze zijn aangetroffen - als een gezamenlijkheid van voorwerpen en beveelt de verbeurd verklaring van de voorwerpen nu zij – gelet op de waarnemingen die de verbalisanten blijkens de door hen opgemaakte processen-verbaal van bevindingen hebben gedaan – tot het begaan van het misdrijf waren bestemd.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straffen zijn gegrond op de artikelen 33, 33a, 63 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) weken.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- schoudertas
- hangslot
- schroevendraaier
- steeksleutel
- inbussleutels
- dop voor dopsleutel
- telefoonkniptang
- groen fietstasje
- kniptang (rood)
- handgereedschap
- betonschaar
- mes
- inbussleutelset
- inbussleutelset (oranje)
- zaklamp
- dopsleutel.
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: een pet.
Gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbendevan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- fiets met framenummer KTC 01854
- fiets met framenummer B101830121, merk "No limit no fuss"
- Zweeds rijbewijs op naam van [naam].
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. C.N. Dalebout, mr. M.J.A. Duker en mr. M. Gonggrijp-van Mourik, in tegenwoordigheid van mr. D.E.C. Velthuis, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 2 mei 2017.
Mr. Dalebout en mr. Gonggrijp-van Mourik zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.