ECLI:NL:GHAMS:2017:3117

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
17 juli 2017
Publicatiedatum
1 augustus 2017
Zaaknummer
23-002271-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis politierechter inzake ISD-maatregel en strafoplegging

Dit arrest is gewezen door het gerechtshof Amsterdam op 17 juli 2017 in het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 17 juni 2016. De verdachte, die thans gedetineerd is in PI Overijssel, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis waarvan beroep. Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman. Het hof bevestigt het vonnis waarvan beroep, behalve ten aanzien van de strafoplegging. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot 30 uren taakstraf, subsidiair 15 dagen hechtenis, waarvan 10 uren, subsidiair 5 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte schuldig zou worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel. Het hof overweegt dat de verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke feiten en momenteel een ISD-maatregel ondergaat. Gelet op artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht en de onwenselijkheid om de verdachte na haar ISD-traject opnieuw te confronteren met een strafrechtelijke sanctie, beslist het hof dat er geen straf of maatregel wordt opgelegd. Het hof vernietigt het vonnis ten aanzien van de strafoplegging en bevestigt het vonnis voor het overige.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002271-16
datum uitspraak: 17 juli 2017
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 17 juni 2016 in de strafzaak onder parketnummer 15-074529-16 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
thans uit anderen hoofde gedetineerd in PI Overijssel, PIV HvB Zwolle te Zwolle.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 17 juli 2017 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen behalve ten aanzien van de strafoplegging. In zoverre zal het vonnis worden vernietigd, waarbij de gronden van de strafoplegging worden vervangen door de navolgende overwegingen. Voorts zal het hof artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht toepassen.

Toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht

De politierechter in de rechtbank Noord-Holland heeft de verdachte voor het in eerste aanleg onder 1 en 2 bewezen verklaarde veroordeeld tot 30 uren taakstraf, subsidiair 15 dagen hechtenis, waarvan 10 uren, subsidiair 5 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte schuldig zal worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel.
Het hof overweegt als volgt.
De verdachte is bij vonnis van 30 december 2016 voor zes soortgelijke feiten, gepleegd in de periode kort voor en na de onderhavige feiten, onherroepelijk veroordeeld tot een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden. Op 1 juni 2017 is zij voor soortgelijke feiten onherroepelijk veroordeeld tot de ISD-maatregel, welke zij op dit moment ondergaat.
Het hof acht het gelet op het bepaalde in artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht en de onwenselijkheid de verdachte na afronding van haar ISD-traject nogmaals te confronteren met een strafrechtelijke sanctie wegens soortgelijke, in dezelfde periode begane feiten, aangewezen te bepalen dat aan de verdachte geen straf of maatregel wordt opgelegd.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep ten aanzien van de strafoplegging en doet in zoverre opnieuw recht.
Bepaalt dat ter zake van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep voor het overige, met in achtneming van hetgeen hiervoor is overwogen.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.J.A. Duker, mr. C.N. Dalebout en mr. F.W. van Lottum, in tegenwoordigheid van mr. A.S. Metgod, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 17 juli 2017.
mrs. M.J.A. Duker en F.W. van Lottum zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.