ECLI:NL:GHAMS:2017:3194
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van belediging van een ambtenaar in functie na hoger beroep
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was eerder veroordeeld voor belediging van een ambtenaar in functie, maar heeft hoger beroep ingesteld. De tenlastelegging betrof beledigende uitlatingen gericht aan een wachtmeester van de Koninklijke Marechaussee, gedaan op 30 september 2015 te Schiphol. Tijdens de zitting in hoger beroep op 24 juli 2017 heeft het hof de argumenten van de advocaat-generaal en de verdediging gehoord.
Het hof heeft geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs is dat de verdachte opzettelijk de beledigende woorden aan de betrokken ambtenaar heeft gericht. De verdachte heeft verklaard dat de beledigingen niet aan de wachtmeester, maar aan een andere persoon waren gericht. Gezien deze omstandigheden heeft het hof de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.
Daarnaast was er een vordering van de benadeelde partij, de ambtenaar, tot schadevergoeding van € 100,00, die in eerste aanleg was toegewezen. Aangezien de verdachte niet schuldig is bevonden aan de belediging, heeft het hof de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de kosten voor de benadeelde partij en de verdachte op elkaar verhaald.